Aflevering 170 winter 2010
van meel met melk vermengd, geklopt en gebakken" Friesch Wdben in
verschillende streken wordt het voor pannekoek gebezigd (Aid.)." Het WNT
noteert wel struifkoek, overgenomen uit Van Dale; dat is in de loop der tijden
uit Van Dale verdwenen, maar bij struif staat "[1460 'dunne pannenkoek',
nevenvorm van stroef]" en verder geeft hij de uitleg over eieren. In de
uitgave van 1999 staat wel nog struifpan met de betekenis 'koekenpan'.
Met kerstmis worden er kosseweggen (Schouwen-Duiveland en Noord-
Beveland) gegeten, langwerpige ruitvormige krentenbroodjes. In Breskens
noemt men zo'n broodje een kossewigge en in Ellemeet, Noordwelle
en Renesse kossewekke. In Goeree-Overflakkee blijft de r bewaard in
korsewegge. In Ellewoutsdijk zegt men kossewagens, volgens het WNT. Een
kerstwegge is ook buiten Zeeland bekend, o.a. in Zuid-Holland.
In het Land van Axel aten ze met nieuwjaar ook wel suukerwaofeitjes en met
sinterklaas deegvinters en deegpielenpoppetjes en eendjes van brooddeeg.
Eenden worden in een deel van Zeeuws-Vlaanderen pielen genoemd
(volgens Aalbregtse pielgerIn de omgeving van Cadzand noemen ze het
ook een boeletje, een ander woord voor eend.
De spouwkoeke 'gebak met krenten, gegeten met boter en suiker' die
gegeten wordt op Zuid-Beveland en op Goeree, is te vergelijken met de
spouwertjes uit Noord-Holland. Het koekje wordt zo genoemd omdat het
gespouwd wordt 'overlangs doorgesneden' als een kadetje.
In het Land van Axel kent men ook de iiikmaoker, volksetymologisch
verklaard als heiligmaker. In West Zeeuws-Vlaanderen heet het ielikmoaker
of eiligmoaker. Het woord is een verbastering van huwelijksmaker.
Slot
Ongetwijfeld kunnen we nog vele bladzijden vullen met lekkere Zeeuwse
zoetigheden. Toch houden we het hierbij. Er is in de Zeeuwse bronnen
heel wat te vinden over eten en drinken. Aalbregtse schreef in 1967 al het
boek Kezanse Kost. Onlangs verscheen er een bewerking van dit boek door
Peter de Lijser, Wilma Valk en Frans Meijaard. Het is een soort dubbelboek
geworden waarin het boek van 1967 volledig is geïntegreerd. Ze noemen
het zelf een tandemboek. Een paar jaar geleden was het thema van het
dialectenboek van de Stichting Nederlandse Dialecten Proeven van dialect.
Daarin werden deze lekkernijen al benoemd.
Ook in het Woordenboek der Zeeuwse Dialecten en in de regioboeken is veel
lekkers te vinden op taalgebied.
Geraadpleegde literatuur
Broecke-De Man, E J van den (z.j.): Dialecten in West-Zeeuwsch-Vlaanderen. Groede.
Broecke-De Man, E.J. van den (1981): Dialect in het Land van Axe/.Terneuzen.
Broecke-De Man, E.J. van den en J.L. Eggermont (1982): Dialecten in Oost-Zeeuwsch-Vlaanderen.
Kloosterzande.
Broecke-De Man, E.J. van den en A Francke (1987): Dialect op Walcheren. Kruiningen.
Broecke-De Man, E.J. van den en J.A. van Gilst (1985): Dialect op Zuid-Beueland. Kruiningen.
Broecke-De Man, E.J. van den en L. Eikenhout (1984): Dialect op Noord-Beueland. Kruiningen.
Broecke-De Man, E.J. van den en A A Krijger-Goedegebuure (1986): Dialect op Tholen en St.-
Philipsland. Kruiningen.
Broecke-De Man, E.J. van den, D.K. Soldaat-Poortvliet en P. Heerschap (1988): Dialect op Goeree-