Aflevering 168 zomer 2010 25
Drukte bij de Onderzoek organische resten
opgraving aan de De gemeente Middelburg zegde in de loop van 2000 een financiële bijdrage
Looierssingel in 2000. toe voor de archeologische uitwerking van de looierij, onder meer voor de
uitvoering van specialistisch onderzoek van de aangetroffen organische
resten. Naast 136 hoornpitten van runderen bestond het onderzochte
materiaal uit zes skeletresten van rund, paard, hond en geit. De
hoornpitten kwamen van minstens 77, voornamelijk wat oudere runderen
(3-7 en 7-10 jaar oud). Huiden werden bij leerlooierijen aangeleverd met
de hoorns (en soms ook de hoeven) er nog aan vast. De vondst van een
schedelfragment van een geit wijst erop dat incidenteel ook huiden van
andere dieren dan runderen werden gelooid. De resten van paard en hond
zijn niet te relateren aan het looiproces.
Voor de duigen van de onderzochte tonnen gebruikte men eik en grove
den, de laatste soort werd ook benut voor palen en planken. Eik en grove
den waren waarschijnlijk afkomstig van de (internationale) houthandel.
Bast van iep, populier en eik diende als grondstof voor het looien.
Poilenonderzoek leverde soorten op die ook bij de houtsnippers en/of
schorsfragmenten waren gevonden, zoals iep, eik en beuk.
Losse vondsten
Particulieren vonden na afsluiting van de werkzaamheden door het PACZ
onder andere een fragment van een zeventiende-eeuwse vuurklok met
daarop afgebeeld het wapen van de stad Leiden, een benen mesheft, een
gitten kraal, een loden armenpenning en lakenloden, deels uit de zestiende
eeuw. Ook andere, meer bijzondere metaalvondsten zijn in 2000 gemeld,
zoals een messing passer uit de zeventiende eeuw, met als ingeslagen