DENKEND AAN KEES MARTENS 34 Aflevering 167 voorjaar 2010 Kerkje van Ellesdiek dienen hier genoemd te worden. Omwille van de toekomst van de Zeeuwse streektaal en het behoud van dit deel van het Zeeuwse culturele erfgoed wil ik afsluiten met een krachtige oproep aan alle Zeeuwse dialectsprekers om hun dialect toch vooral aan hun kinderen en kleinkinderen deur te blijven geven, omdat dit uiteindelijk de doorslaggevende factor zal zijn voor het behoud van 'n levendig Zeeuws. Nou beste mensen èk genoegt ezeid en wil'k julder nie langer op ouwe om ni de gastsprekers te gêê luusterenMae eest wil ik 't woord geeve an Marlies Jongejan van de Zeeuwse Bibliotheek die a ok nog graag 'n woordje wou zegge. Kees Martens gedecoreerd! (Foto Bert van Leerdam.) Mijn eerste vergadering met de bestuursleden van de Zêêuwse Dialect Verênigieng vond plaats in een lokaal van een schoolgebouw in Middelburg. De reden daarvoor was dat de secretaris verbonden was aan die school en dat er in de avonduren voldoende lokalen beschikbaar waren. Iedere aanwezige deed kort maar krachtig zijn best zich aan mij voor te stellen. Na afloop van die eerste vergadering had ik een paar dingen begrepen, onder andere de herkomst van de bestuursleden uit alle delen van de provincie Zeeland en Goeree-Overflakkee. Maar de woonplaats van de voorzitter kon ik niet plaatsen. Valkenswaard ligt toch in Noord-Brabant, of had ik Valkenisse moeten verstaan? Kees Martens is zijn naam. Een geboren en getogen Zeeuw, en onvervalst dialectspreker. In de jaren dat het mogelijk was om die dingen te realiseren die noodzakelijk waren voor de Verênigieng, liet Kees niets liggen. Hij onderhield goede contacten met lokale en provinciale instanties, wist steeds op tijd de financiële bronnen aan te boren en wist precies hoe de hazen liepen of zouden gaan lopen. De bestuursvergaderingen onder zijn leiding waren afwisselend en soms verrassend. Nieuwe initiatieven waren vaak al door Kees voorbereid, zodat snel verdere actie kon worden ondernomen. Soms moest ik wel even wennen aan zijn manier van leiding geven, maar het kwam steeds goed. Hij stelde een goede sfeer binnen het bestuur als voorwaarde voor resultaat en continuïteit. Van elk bestuurslid werd inbreng verwacht en met kaatsen en de bal wist hij goed om te gaan. Jammer dat hij gestopt is? Ja! Onvervangbaar? Nee, want een opvolger zal het op zijn of haar manier gaan doen. De inbreng van Kees is in de afgelopen 15 jaar zeer waardevol geweest en daar zijn alle bestuursleden hem dankbaar voor. Hans Jebbink

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2010 | | pagina 38