Van de Zeeuwse Dialectverênigieng VAN DE REDACTIECOMMISSIE Aflevering 160 zomer 2008 In mei leggen alle vogels een ei. Behalve de koekoek en de griet, Die leggen in de meimaand niet. De meimaand is de bloeimaand, de maand van het nieuwe leven. In allerlei rijmpjes, liedjes en oude gebruiken komt dat nog steeds tot uiting. Knoppen botten uit, allerlei bloemen komen in bloei en vogels zijn druk in de weer met hun nest. In het gras steken de madeliefjes hun kopjes weer op. Voor dit bloempje kent het Zeeuws een aantal kenmerkende woorden: meiblommetje, butterbloompje, koeieblommetje, dui'ie (duitje). Voor de paardebloem zijn er nog veel meer: hondsblomme, bèddepisser, bèddezêêker, kalversööge, paerezêêker, pisseblomme, paereslae, melkgroewnte, melkwied, zëëkeblomme en stekelmelkwied. Wat hebben die dialecten toch een rijke woordenschat. En op de CD-rom van het Zeeuws Woordenboek zijn al die woorden zo gemakkelijk te vinden. Je tikt gewoon paardebloem in het Nederlands in en alle Zeeuwse varianten rollen er zo maar uit. Meiblommetjes of madeliefjes Paereslae of paardebloem (foto Pau Heerschap), (foto Pau Heerschap). Vanouds is de maand mei ook symbool van blijdschap en hoop voor de toekomst. Dat geldt ook voor de dialectafdeling van Nehalennia. Zoals in dit nummer te zien is, worden er ook steeds nieuwe schrijftalenten gevonden. Nehalennia is nog steeds een blad voor en door de leden. Ook uw dialectbijdrage is van harte welkom bij het secretariaat. Laten we er met z'n allen voor zorgen, dat Nehalennia een boeiend, veelzijdig, interessant en een genoeglijk tijdschrift blijft. De redactie heeft er weer naar gestreefd om er een gevarieerd nummer van te maken.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2008 | | pagina 46