tekst moeten goed op elkaar afgestemd zijn, vindt ze. En daarin is ze heel kritisch. De prachtige,
muzikale begeleiding wordt verzorgd door gastmuzikanten.
We feliciteren haar van harte met haar eerste cd en dat jeugdherinneringen en alledaagse Zeeuwse
beelden nog voor meer inspiratie mogen zorgen.
De cd kost 12,50.
Diek
uutgebrocht april 2005
Opgenomen in Studio 2 Ouwerkerk
Coverfoto Ruben Riemens
Eerste CD van Zeeuwse zangeres
Anja Kopmels is te groot voor Zeeland alleen
Rillingen krijg ik er van. Is het dat mooie, donkere Zeeuws dat zo op mijn eigen Zeeuwse gevoel
speelt? Of zijn het de melodielijnen die je ergens doen denken aan de oude Keltische gezangen? Of
nee, misschien is het die stem, met dat aparte keelgeluid, dat me doet denken aan Joan
Baez in haar glorietijd. Of is die vergelijking niet een tikje overdreven? Voor mij geenszins.
En zomaar uit Zeeland. Vanuit Kortgene, een vlekje op de kaart van Noord-Beveland.
Aardappelland, de streek van de lage horizonten en de glansgekeerde klei*. Najaren van optredens
en liedjes schrijven heeft Anja Kopmels nu haar eerste CD gemaakt. 'Diek' heet het album en die
titel dekt de lading.
Het is een dijk van een CD.
De CD wordt op 10 september met enig ceremonieel gepresenteerd in Ellewoutsdijk.
Anja Kopmels (1962) zingt uitsluitend in het Zeeuws, de bedreigde taal, die zich in de teksten van
Kopmels zo mooi laat verbuigen en versoepelen. Ze rijmt 'oorlog' op 'aol nog'. Probeer dat maar
eens in het Nederlands.
De liedjes en ballades op de CD zijn door haar jaren van optredens en experimenteren bijgeslepen
en verfijnd. Ze heeft lang gewacht met het uitbrengen van haar CD, te lang vinden de fans, maar
het eindproduct is er met verloop van de jaren alleen maar beter en doordachter op geworden.
Er staan lichte liedjes op, zoals het nummer over de twee Arnemuidse vissersvrouwen die garnalen
zitten te pellen en er ondertussen lekker op los roddelen, maar ook serieuze ballades zoals Reünie,
Kind van et waeter, Wi bluuft de tied en het ijzingwekkende Anden.
Dit laatste nummer (geschreven in 1998) is uitsluitend vocaal. De stem van Kopmels zonder gitaar,
indringend, puur en volkomen, gaat over de werkhanden van de Zeeuwse vrouw. De handen, die zo
ruw zijn geworden en vergeven zijn van de kloven, van het harde werk op het land. Hetzijn geen
dameshandjes waar Kopmels over zingt. Maar de rauwe, kapotgeschuurde handen van de boerin.
Het lied is een eerbetoon aan de eelt. Zonder valse emoties, zonder effectbejag. Kopmels is geen
zangeres van odes. Ze zingt over het werkelijke leven. Vroeger heeft ze de blues gezongen, oudere
fans weten dat nog, en die invloed is nog duidelijk merkbaar. Kopmels zingt recht uit haar hart.
Een fragment uit Anden:
Meisje oe komme jen anden zo rauw
wel dat is van et werk op et land
langs aol die reken mojhae en ahauw
ei j' een kerve of een klove in jen and
van peeen wiee en dunne
en 't optrekken van vlas
60