mêêge vadder. Aons voetballen op de strêête en je mocht allêênig mae meedoeie a je goed genoeg
was, en a je nie goed genoeg was, mos je mae mie teleurstellingen lêêre omgêê.
Soms ao aonze daden ok consequenties.
Dat was dan logisch en di kon gin méns z'n eigen an ontrokke en voe wig steeke. A ter een van ons
iets verbodens edêê ao, was 't stik normaal dat je vaoder of je moeder je der nie uut'êêlden. In
tegendêêl, ulder wêêre 't stik mie de polisie sjêêns! Ku je je voorstede?'
In grote lijnen speelden we nog als de guus op het bekende zestiende-eeuwse schilderij van Pieter
Breughel. Tegenwoordig is echter de manier van leven en de maatschappij ten opzichte van 50 jaar
geleden drastisch gewijzigd waardoor de tegenwoordige jeugd heel anders is gaan spelen dan
vroeger. Omdat een deel kinderspelen snel aan het verdwijnen is of al niet meer gespeeld wordt,
leek het ons dan ook zinvol om met de kennis die nu nog aanwezig is bij de leden van onze
vereniging een boek samen te stellen over de kinderspelen die zij vroegen in Zeeland gespeeld
hebben.
Vijfentwintig jaar geleden heeft de De Zêêuwse Dialect Verênigieng (ZDV), ter gelegenheid van
haar 50-jarige bestaan een boek met Zeeuwse kinderliedjes uitgegeven. Het bestuur van de ZVD
vond het leuk om als vervolg hierop ter gelegenheid van het 75-jarige bestaan van de vereniging
een boek over kinderspelen in Zeeland uit te geven.
Kinderspelen kennen vrijwel geen grenzen. Ze zijn nationaal, ja zelfs internationaal alom aanwezig;
daarom kan men eigenlijk ook niet spreken over Zeeuwse kinderspelen, en hebben wij het over
'Kinderspelen in Zeeland'. Misschien had de titel 'Kinderen spelen in Zeeland' moeten zijn.
Het boek heeft dan ook niet de pretentie een uitputtende studie of beschrijving te zijn naar
verdwenen kinderspelen of een onderzoek naar typische Zeeuwse kinderspelen.
Het is gewoon een verzameling van kinderspelen die in Zeeland tijdens onze jeugd nog frequent
gespeeld werden. Dit kan weliswaar van regio tot regio verschillen, zowel qua spelen als spelregels,
waarbij ook de benamingen regionaal soms erg verschillen.
De meeste spelen werden (worden) in de hele provincie gespeeld met, net als de dialecten, veelal
regionale variëteiten die, vaak van dorp tot dorp net iets anders zijn.
Bij het samenstellen van dit boek was het dan ook ondoenlijk om al deze variëteiten, op te nemen.
Vaak hebben wij ons, jammer genoeg, moeten beperken tot enkele typische streekvarianten die dan
als voorbeeld dienen om het genoemde spel en het typische Zeeuwse eraan te beschrijven.
Voor het verzamelen van de spelen hebben wij niet alleen gebruik gemaakt van ons
verenigingsarchief, maar ook in hoge mate een beroep gedaan op het geheugen van onze actieve
leden die de beschreven spelen vroeger zelf nog gespeeld hebben.
Daarom gaat onze dank uit naar alle leden van de Zêêuwse Dialekt Verênigieng die actief aan dit
boek hebben meegewerkt. Een speciaal dankwoord gaat naar de leden van de correctiegroep van de
noordelijke eilanden, die van Midden-Zeeland en de correctiegroep in Zeeuws-Vlaanderen. Het
hoofdstuk over de speeltuinen in Zeeland is mede tot stand gekomen door de inbreng van Harry
Been, waarvoor wij hem zeer erkentelijk zijn.
En natuurlijk de redactieleden:
Kees Fraanje
Margot Geijs
Karin Limonard-Martens
Rie Rosmolen-Murre
Anne Fré van de Zande-Vleugels Schutter
En vooral de eindredacteur: Veronique De Tier
42