verklaren zijn door factoren als toerisme, migratie, import en een wat vrijzinniger levenshouding. Dat het tegenovergestelde gaande is, verklaart Van Leeuwen met wat hij aanduidt als het 'Martha's Vineyard-effect'. Uit onderzoek door de Amerikaanse socio-linguist Labov op het toeristische eilandje Martha's Vineyard voor de oostkust van de Verenigde Staten bleek dat autochtone bewoners sterk vasthielden aan hun dialect om juist hun identiteit tegenover de toeristen te benadrukken. Bevindingen Deze 'kwalitatieve' bevindingen staan overigens los van de kwantiteit. Hoewel niet gestaafd met getallen is de indruk van de onderzoeker dat het aantal dialectsprekers aan de westkant beduidend lager ligt dan in de rest van de regio. Ook dat laat zich, vermoedt de neerlandicus, door zaken als toerisme en import verklaren. Van Leeuwen constateert zowel structuur- als functieverlies van het dialect op Schouwen- Duiveland. Het eerste duidt op een vermindering van het gebruik van Zeeuwse woorden en uitdrukkingen. In het tweede geval gaat het om de momenten dat er dialect wordt gesproken. De standaardtaal wint terrein: dialect wordt meer en meer iets dat alleen nog in informele circuits gesproken wordt. De onderzoeker, zelf in Zierikzee geboren en getogen, ziet dat als een verlies. Temeer omdat die ontwikkeling op basis van oneigenlijke argumenten is ingezet. Vaak wordt gedacht dat een kind dat met dialect opgroeit, minder kansen in de maatschappij heeft, schetst Van Leeuwen. Onderzoek wijst uit dat daarvan geen sprake is. Najaren weg te zijn geweest, keerde Van Leeuwen ('Ik ben wel eilandfananaat, ja') terug naar Haamstede. Het viel hem op dat het dialect niet alleen verdwenen, maar ook veranderd was. Voorheen kon je horen uit welk dorp de spreker afkomstig was. Onder invloed van de standaardtaal krijg je een nivellering van het dialect. Er ontstaat regiolect. Van Leeuwen heeft daarvoor een nieuwe term in het leven geroepen, namelijk 'intersubregionale dialectnivellering'. (Verslag van Esmé Soesman.) 'Nog altied mao bezig mee dialectwoorden te zoeken' Hierboven is door de consulent streektalen al de aanbieding van het 'karakterboek' besproken, op vrijdag 27 mei in Sluis. De coördinator voor het Vlaamse Woordenboek in Zeeuws-Vlaanderen, Rinus Willemsen, kreeg een boek aangeboden voor zijn jarenlange belangeloze inzet. Rinus hield een toespraak in dialect, die hieronder is opgenomen. Nog altied bezig mee dialectwoorden te zoeken Zo ongeveer twee maanden geleden kwam ik een vrouw tegen die me die vraag stelde. We hadden mekaar al jaren niet meer gezien of gehoord. Ze vertrok naar de Randstad. In het begin was ze actief betrokken bij het verzamelen van woorden voor het Woordenboek van de Vlaamse Dialectenmaar vanwege haar studie en haar baan, was ze uit Zeeuws-Vlaanderen vertrokken. En nu met het vooruitzicht van een vroege pensionering, dacht ze erover weer terug te keren naar het Landje, zoals ze dat altijd noemde. Het Land van Cadzand. We kwamen elkaar tegen op de boot, want zoals dat meestal gebeurt, op de boot worden de oude verhalen weer aan elkaar gebreid. Allicht, zei ik. En ik vertelde over de boekdelen die al verschenen waren. Over het rund, het paard, de ploeg, de rietdekker en de kuiper. Het waren zomaar wat titels die in m'n gedachten kwamen en waaraan ik goede herinneringen had. Ik weet nog dat we voor 'De Ploeg' naar het museum in Heille reden, waar een Waalse ploeg stond. Eén van de twee ploegen, die nog in Nederland te vinden waren. Die ploegen moesten op de foto. Het was een regenachtige herfstdag. Zo half november. Met Hugo Rijckeboer, die toen nog aan het Woordenboek was verbonden en Kristien van Sypt reden we door de polders rondom Aardenburg. Vlak bij de Elderschans was een boer bezig het land te 54

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2005 | | pagina 56