voornaamste man van de Spaanse kerk van zijn tijd. Isidorus stond bekend om zijn kennis en bestuurlijke kwaliteiten. Hij stichtte scholen en bibliotheken voor de opleiding van priesters. Ook worden wonderbaarlijke genezingen aan hem toegeschreven. Zijn bekendste werken zijn de Etymologiae en de Chronica Majora. De Etymologiae is een soort encyclopedie over de zeven vrije kunsten (meetkunde, muziek, rekenkunde, sterrenkunde, grammatica, logica en retorica). In de Chronica Majora wordt de geschiedenis vanaf de schepping tot het jaar 615 beschreven. Voorts schreef Isidorus onder meer over genees- en aardrijkskunde, krijgskunst, akkerbouw, kleding en theater. Hij had de leiding over concilies in Spanje (619 te Sevilla en in 633 te Toledo). Hij overleed op 4 april 636. In 1598 is Isidorus door paus Clemens VIII heilig verklaard; in het jaar 1722 verhief Benedictus XIII hem tot kerkleraar. Sint-Thecla, de 'eerste martelares' Thecla werd omstreeks 50 na Chr. in Iconium (tegenwoordig Konya, Turkije) geboren. Zij leerde de apostel Paulus kennen op een van diens reizen en besloot als zijn leerlinge verder te leven. Ze bekeerde zich volgens de overlevering tot het christendom en wilde, ofschoon door haar ouders uitgehuwelijkt, als maagd verder leven. Haar ouders sleepten haar voor het gerecht, waarop Thecla tot de brandstapel werd veroordeeld. Hagel en regen redden haar van een wisse dood. Nadien trok Thecla met Paulus naar Antiochië. Daar werd zij het eerste slachtoffer van de christenvervolging. Ze werd veroordeeld tot de dood door wilde dieren. Door in een gracht te springen doopte zij zich; de wilde dieren lieten haar ongemoeid. Thecla werd in vrijheid gesteld en volgde Paulus naar Myra. Na Paulus' dood keerde ze terug naar haar geboortedorp. Hier is zij op vredige wijze gestorven. Desalniettemin geldt zij in de traditie als eerste martelares van het christendom. Thecla werd patrones van de stervenden en tegen oogkwalen, vuurgevaren en de pest. Het stormachtige leven van Franciscus Xaverius Franciscus de Jassu y Javier werd geboren op 7 april 1506, op het kasteel Xavier in Navarra (Spaans Baskenland). Hij studeerde in Parijs (1525) en werd daar door de jonge Ignatius van Loyola voor het 'heilig dienstwerk' gewonnen. Franciscus sloot zich in 1534 aan bij de Sociëteit van Jezus (Jezuïeten). In 1537 tot priester gewijd, ging hij met Ignatius werken in Rome, waar in 1540 de orderegels werden bevestigd door paus Paulus III. In 1541 ging hij onder de Portugezen werken in Goa (India). Drie jaar later vertrok Franciscus naar de Molukken, waar hij op Ternate een centraal punt voor de missionering vestigde. Hier doopte hij in een maand 10.000 vissers. In het jaar 1549 ging de reislustige missionaris naar Japan. In 1551 werd hij provinciaal van de orde in Goa. Terug naar Goa dus. Het werd een vertrekpunt voor weer nieuwe missioneringsreizen. Vlak voor een overtocht vanaf het eiland Sancian bij Kanton naar het vasteland van China, stierf Franciscus 'in het harnas' (3 december 1552). Franciscus Xaverius is heilig verklaard in 1622, en in 1748 door paus Benedictus XIV benoemd tot patroon van Indië. Pius X benoemde hem in 1904 tot patroon van de geloofsverkondigers en in 1927 werd hij door paus Pius XI nog eens tot patroon van alle missies benoemd. Zijn lichaam rust in Goa. Behalve van China, missionarissen en de missie in het Oosten is hij patroon van zeelieden en de katholieke pers, en tegen storm en de pest. Militaire aanpak van Ignatius van Loyola Ignatius van Loyola is de heilige bij uitstek die de Contrareformatie symboliseert. Hij oefende een enorme invloed uit met zijn geschriften en door zijn leerlingen die overal de kerkelijke vernieuwing stimuleerden. Hij stierf te Rome in het jaar 1556 en is, net als zijn volgeling Franciscus Xaverius, in 1622 heilig verklaard. Speciaal voor de omvangrijke feestelijkheden is in Rome een kerk met zijn naam gebouwd. 4

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2005 | | pagina 8