van Nehalennia geven we een algemenere kijk op enkele interessante inzendingen, en dan niet alleen inhoudelijk en taalkundig; ook leuke motiveringen komen dan zeker aan bod. 2. De winnaars 2.1. platte zeuge Wat niemand had durven vermoeden... de platte zeuge werd de uiteindelijke winnaar van de dialectverkiezing. Het woord werd viermaal ingezonden, iedere keer met de betekenis 'schuurborstel'. Ook een pissebed wordt wel platte zeug of zeug genoemd, maar dat komt in een groter gebied voor, nl. in Zuid-Holland, Zeeland. Noord-Brabant en het noordwesten van West- Vlaanderen, en werd in de verkiezing niet genoemd als betekenis. Platte zeug voor 'schuurborstel' is vooral in Zeeland opgetekend. Het werd al genoemd in een woordenlijst van 1781 van Kluit (zie Nehalennia 144). Hoewel platte zeug vooral Zeeuws is, blijken andere varkens-benamingen in heel Nederland en Vlaanderen gebruikt te worden om dergelijke schuurborstels te benoemen. In West- Vlaanderen is het een zwientje, in Limburg een stofvérke en in Groningen heet een borstel van varkensharen een bozzelbozzel. Ook de pissebed krijgt in een groot deel van ons taalgebied een varkens-naam wild varken, zeug, zwientje, everzwientje, Het WNT vermoedt dat de benaming te verklaren is uit de grondstof waarvan de borstel is gemaakt, nl. varkenshaar. De meningen hierover zijn verdeeld en al heel wat taalkundigen hebben zich met dit varkens-woord beziggehouden. Niet alle taalkundigen zijn er immers van overtuigd dat het varkenshaar aan de basis ligt van dit voorwerp. Sommigen denken dat de schuurborstel genoemd is naar de pissebed. De vorm zou dan bepalend geweest zijn bij deze betekenisoverdracht. Anderen zoeken het in nog andere betekenisoverdrachten, maar feit is dat het gebruik van varken, zwijn of zeug voor 'schuurborstel' vrij algemeen bekend is in onze dialecten. everzwijn(tje) /'pissebed j O platte zeug stekelvarken(tje) A va rken(s) beest varken(tje) i 7 varkensluis wild varken(tje) zeug(je) zwijn(tje) PISSEBED 2.2. rugesööt De ragebol heet in een groot deel van Zeeland ruugóöt of rugesööt. Verder komen ook benamingen voor als koppespinder, koppespinvaeger en raegshööd, raekshööd, raeshööd en koppejaoger. Koppespinder, koppespinvaeger, koppejaoger, ruugööt en rugesööt werden ingezonden voor de verkiezing, maar rugesööd, ruugööd werd door meer inzenders mooi of typisch gevonden. Een mogelijke en tamelijk voor de hand liggende etymologie is dat ruugööd letterlijk 'ruig hoofd' betekent. Er komen ook vormen voor met een r-invoeging (dat kan blijkbaar gemakkelijk bij deze 8

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2005 | | pagina 12