We zien hier een duidelijk verschil met de muntschat uit Sluis. In de eerste plaats was de totale waarde 3,5 maal zo groot als die van Sluis. Dan valt op dat er naast de tien goudguldens, die waarschijnlijk in Friesland of Overijssel geslagen waren, de zeven Spaanse pistoletten en de drie gouden realen naar verhouding veel Engelse rozenobels (24), Vlaamse nobels (11) en enkele Portugese munten aanwezig waren. Flet gehalte aan Spaanse munten was dus beduidend minder. Van de eigenaar, Jan Rochus, is weinig bekend. Op 4.1.1595 is te Goes een Jan Rochus uit Antwerpen getrouwd met Mayken Gillisdochter uit Kieldrecht. Aangenomen dat dit degene is die de munten begraven heeft, kunnen we speculeren dat hij koopman was en dit misschien gedaan heeft voor hij een zakenreis ging maken. Levendale spreekt niet over 'de overleden Jan Rochus' en bij de inventarisatie waren kennelijk geen familieleden aanwezig. We weten dus niet of Jan Rochus in Goes overleden was of gewoon 'verdwenen' is. Noten 1. A.C.J.Willeboordse, 'Twaalf gouden dukaten uit Sluis', Nehalennia afl.141, 2003, 2-10. 2. H.Enno van Gelder, De Nederlandse Munten 1965). 3. G.A.Goes, RAZE 2040, 459, 22.111602. 4. Mijn optelling komt op slechts 63-5-0. 25

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2003 | | pagina 27