Noten 1. G. van Orschot, Gouden tijden. Luister, 2002/10. 5. Ik ben zo vrij geweest zijn uitspraak en bedoeling te veralgemeniseren. 2. M. Veldhuyzen, Reizend muzikantendom in middeleeuws Europa, Mens en melodie16, 1961, 303-306. J. Spruit, Speelmansrecht in de Middeleeuwen, Mens en Melodie, 15. 1960a, 84. J.E. Spruit, Van vedelaars, trommers en pijpers, Arnhem, 1990?, 45-48. Algemeen: P. Andriesen. Mit scalmeye ende mit ruuspipe. Over gokelaers, menestrelen en speellieden van de 10de tot de 18de eeuw in: J. Robijns, H. Heughcbaert, H. Dewit (red.), Op harpen en snaren. Volksmuziek, volksdansen en volksinstrumenten in Vlaanderen, Antwerpen 1983, 115-123. 3. Ibidem, 29-30. J. Spruit, De speelman in de Nederlanden van de 13e-15e eeuw. Mens en Melodie, 15, 1960b, 333. Spruit 1990, 29-30. G.A. Vorsterman van Oyen, Rechtsbronnen van Aardenburg, Middelburg 1892, 105-106, 91-96. Het Boek met de Knoop wordt bewaard in het Gemeentearchief Sluis, Archief Stad Aardenburg, inv.nr. 9. 4. J.H. van Dale, Maatregelen tot afwering en tegen verdere verspreding van 'heete' en 'contagieuse' ziekten in: H.Q. Janssen, J.H. van Dale, Bijdragen tot de Oudheidkunde en Geschiedenis inzonderheid Zeeuwsch-Vlaanderen (BOGZ), II, Middelburg, 1857, 360-361. 5. Algemeen Spruit 1990, 34-36, 48-52, 67-68. 6. J.H.v.jan] D.[ale], Heilig bloed te Aardenburg in: Janssen, Van Dale, BOGZ, III. Middelburg, 1858, 109. Vgl. voor dansen Spruit 1960b, 334 en Spruit 1990, 13, 32, 36. 7. E. Van Der Straeten, La musique aux Pays-Bas avant le xixe siècle, Brussel 1867, repr. New York, 1969, IV, 262. 8. A. Dewitte, Muziek te Brugge in de Middeleeuwen. Een commentaar bij R. Strohm, Music in late Medieval Bruges, Oxford, 1985, Biekorf, 85, 1985, 394. 9. L. Macquet, Histoire de la ville de Damme, de ses institutions civile er politiques et de ses monuments, Bruges 1892, 104. Jehan Froissart's Cronyke van Vlaenderen, getransl. uuten Franssoyse bij Gerijt Potter van der Loo, in de Xve eeuw (ed. N. de Pauw), II, Gent, 1898, 265. J.-D. Chastelain, Bloei en verval van de Zwinstreek, Brussel, 1957, 60. 10. Macquet, 230: stadsrekening van Brugge, 1384-1385, 'uutgheven uit oorloghe van den dam'. 11. Spruit 1990, 95-107. 12. Een fraai voorbeeld in de stadsrekening van Middelburg, Uitgaaf par. Stede laken: '..Rood en Zwart voor de Stads Trompetter..." A. 's Gravezande, De stadsrekening van Middelburg van 1450 en 1469 in: Janssen, Van Dale, III, 126. 13. H.M. Kesteloo, De stadsrekeningen van Middelburg, 1365-1810, I, Middelburg, 1899, 283. E. Verwijs, J. Verdam, Middelnederlandseh Woordenboek, V, 's Gravenhage, 1903, 1917. 14. Op 21 februari 1493 bezat een arbeidersgilde, het Sint-Adriaansgilde, 'het recht van clinkerscepe metten beckene, d.w.z. bediening van de stadsomroeper in ruil voor brandbluswerkzaamheden. G.C.A. Juten, Slusana Sacra, Annales de la Société d' Emulation, LIV, 1905, 220-221 en bijlage VI, 239-240. Bijvoorbeeld ook bij een respresentatieve plechtigheid, 'Men dede te Gendt den wijn cryeeren met eenen becekene, den stoop om II grooten', Kronyk van Vlaenderen, van 580 tot 1467 (bezorgd door C. Serrure en Phs. Blommaert). I, Gent, 1839, 242. 15. Encyclopedie van Zeeland, II, Middelburg. 1982, 433. 16. J.H. van Dale, Een blik op de vorming der stad Sluis van 1382 tot 1587, Middelburg, 1871, 54 en nootnr. 3. 17. J.H. v.[an] D.[ale], Beroerte van Onze-Vrouwekerk te Aardenburg in: Jansen, Van Dale, BOGZ, IV, Middelburg, 1859, 309. 18. K. Moens, Zeer lustich om singen en spelen op alle musicale instrumenten. Iconografische, organologische en muzieksociologische bemerkingen bij het gebruik van muziekinstrumenten ten tijde van Margaretha van Oostenrijk, bijzonder in de Nederlanden in: G. Moens-Haenen, Muziek aan het hof van Margaretha van Oostenrijk, Peer, 1987, 105. 19. Froissart, (ed. De Pauw), 477. J. Froissart, Chroniques de France, de Engleterre, d'Escoce, de Bretgane, d'Ytalie, de Flandres et d'Alemaigne (ed. J.C.M.B. Kervyn de Lettenhove), X, Bruxelles, 1870, 341. 20. Froissart, (ed. De Pauw), III, Gent, 1909, 25. 21. Algemeen: Spruit 1990, 108-116. J. Egberts Risseeuw, Acht nutsverhandelingen van wijlen mr. Egberts Risseeuw (ed. J.H. van Dale), Oostburg, 1870, 75. P. Meesters, Geschiedenis van Sluis, Tilburg, 1980 (repr. 1830), 82. 22. N. Despars, Cronijcke van den lande ende graefscepe van Vlaenderen, (ed. J. de Jonghe), IV. Brugge, 1840, 22. 23. Mogelijk is een koorboek bewaard gebleven dat speciaal voor het huwelijksfeest te Damme werd vervaardigd; mededeling van de Vlaamse musicoloog Pieter Andriesen in 1988 in een BRT-3 programma naar aanleiding van de Europaliamanifestatie Europa en het Gulden Vlies. Ik heb de argumentatie niet kunnen achterhalen. 24. Volgens H. Kervyn de Lettenhove, Le toison d'or. Notes sur l'institution et l'histoire de l'ordre (depuis l'année 1429 jusqu'a l anne'e 1559), Bruxelles, 1907, 63 als onderdeel van een 'moult bel état et magnifique'; in Brugge werd het paar zelfs begroet door een groep van 76 trompetters 'brandissent en une foiz.' 25. J.G. Smit, Vorsten en onderdanen. Studies over Holland en Zeeland in de late middeleeuwen, Leuven, 1995, 306-309. Moens, 102-103 26. Chastelain, 81-82. 27. G. Duby, De kathedralenbouwers. Portret van de middeleeuwse maatschappij, 980-1420, Amsterdam. 1984, 295, 343. 28. Froissart, Chronicles, (ed. G. Brereton), Harmondsworth, 1968. 64. Andere varianten: Froissart (ed. Kervyn de Lettenhove), III, Bruxelles, 1867, 195 ('s'en vinrent trompant a trompes et a trompettes'), 207 ('a grant feste et a grant bruit de trompes, de naqueaires et de touttes manières de ménestrandies'), 211 ('et menant grant noise et grant joie des instruments'). 29. Van Der Straeten, IV, 263. 21

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2003 | | pagina 23