jaeger in hond) Vlieger oplaten: vliegere(n): W. (Dob.; Ok.) ZB. (Gpol.; Ha.; Hrh.; Kn.; Ktg.; Ovz.) T. (Anl.) Phi. Sch.-D. (Otl.; Nwk.; Rns) Z.V.W. (Cz.; Nvt.) L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.) G.-Ofl. (Odp.; Ntg.) Verspringen: varrespriengen: W. (Dob.) ZB. (Gpol.; Ha.; Hrh.; Kn.; Ktg.; Ovz.) T. (Anl.) Phi. Sch.-D. (Otl.; Nwk.; Rns) Z.V.W. (Cz.; Nvt.) L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.) G.-Ofl. (Odp.: vaorde sprienge\ Ntg.: verresprienge Wedstrijd in het lopen in een jute zak: zaklöópe(n)/zaklaope(n): W. (Dob.; Ok.) ZB. (Gpol.; Ha.: bij volksfeestenHrh.; Kn.; Ktg.; Ovz.) T. (Anl.) Phi. Sch.-D. (Otl.; Nwk.; Rns) Z.V.W. (Cz.; Nvt.) L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.) G.-Ofl. (Odp.; Ntg.) Wat men nog meer wist.... Hier volgt een selectie: Ad Beenhakker, dialect Kloetinge, had een hele lijst: Volkspelen Beugelgooie: met een zware bal door een in de grond geplaatste beugel gooien. Stoelriejerie_: stoelendans te paard, met medewerking van de plaatselijke fanfare. Als de muziek stopt, stijgt iedereen af om een stoel te veroveren; het paard moest echter aan de teugel worden meegevoerd. Kinderspelen Tikkertje an d'n 'and: één kind begint. Zodra er één getikt is, geven ze elkaar een hand, enzovoorts, totdat een lange slinger ontstaat. Alleen de twee buitenste handen mogen tikken. Een variant was mie deurbreke. Je mocht dan proberen door de slinger heen te breken. Zolang de slinger niet hersteld was, mocht er niet getikt worden. Overlööpertje: tikkertje tussen twee evenwijdige lijnen, waarachter je vrij was. jonasse: hoeft geen verklaring. Deur de kerdoes 'aele: (meestal bij wijze van straf) Een kind wordt gedwongen tussen twee rijen kinderen door te lopen, die boksbewegingen maken. Drusse: een groep jongens loopt op een sukkeldrafje door het dorp, waarbij ze hard op de grond stampen; gebeurde dikwijls op zomeravonden. Buut: proberen zonder getikt te worden de buutpaal te bereiken. Bok, bok, 'oevee 'orens 'ei je op je kop: een rijtje kinderen staat kop-aan-kont in haasje-over houding. De voorste houdt een hek vast voor steun. Andere kinderen springen van achteren zover mogelijk op de bok en blijven zitten. De bedoeling is om zoveel mogelijk kinderen op de bok te krijgen voordat hij instort. Beuter kèrne: (werd in 1944 geïntroduceerd door evacueetjes uit Walcheren.) Twee kinderen 47

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2003 | | pagina 49