Ha.: uit principe werd bij ons thuis niet gekaart: Hrh.: potje kaarten, mi de kaarten spele: Kn.; Ktg.: kaarte: Ovz.: 'n potje kaarten, kaarte, kaartje leggen) T. (Anlkaerte) Phi.: kaerte Sch.-D. (Otl.: kaerte) Z.V.W. (Cz.: kaorten, kaortje leggen: Nvt.: kaorten) L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.) G.-Ofl. (Odp: kaerte.: Ntg.: idem) Bepaalde vorm van bollen: krulboll'n: onbekend Biljartspel: op d'n biljart: W. (Dob.; Ok.: biljarte) ZB. (Gpol.: biljarte: Hrh.; Kn.;; Ktg.: biljarte: Ovz.: biljarte) T. (Anl.) Phi.: biljarte Sch.-D. (Otl.: biljarte) Z.V.W. (Cz.: biljarten: Nvt.: idem:) L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.) G.-Ofl. (Odp.: biljarte: Ntg.: idem) Op oudejaarsdag langs de huizen gaan en zingen met de koelkelpot: ouwejaerzienge mi d'n koenkelpot: ZB. (Gpol.; Ha.: vroeger door kinderen uit arme gezinnen: Hrh.: nu nog sporadisch: Kn.: en op Sinte Maerten mie 'n uutgeholde mangelpee mie 'n kaesje d'rin: Ktg.; Ovz.: soms nu nog wel Z.V.W. (Cz.: vroeger wel) L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.: meer van vroeger) Bord met spijkers: pinnebord: W. (Dob.) ZB. (Gpol.; Ha.: vroeger was dat zeer populairHrh.: idem: Ovz.) Sch.-D. (Otl.: pinnespel: Nwk.) L.v.Ax. (Ax.) Kegelspel: pieren: ZB. (Hrh.: spel van vroeger met houten kegels: Kn.: als klein kind ja: Phi.: kegele Sch.-D. (Otl.: kegele L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.: pieren) Een spel dat met centen gespeeld werd op een aflopend vlak: roldeuntje: ZB. (Ovz.; deden de jongens) Op een paard met een lans een ring steken: rienkrie_(n): W. (Dob.: Ok.) ZB. (Ha.: bv. op koninginnedag: Hrh.: voor de oorlog: Kn.; Ktg.; Ovz.: bekend, maar niet op ZB) T. (Anl.) Phi. riengsteke Sch.-D. (Nwk.: Rns) Z.V.W. (Cz.; Nvt.: op tweede of derde Pinksterdag) L.v.Ax. (Ax.: niet in ZVj Met een cent op een streep gooien: scheefje gooien: W. (Dob.) ZB. (Hrh.: ooit hier zien spelen, maar was hier niet algemeen: Kn.;) T. (Anl.: stuke, kinderen deden het met knopen) Phi.: stuke L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.: schreven) In de winter met paarden naar het strand rijden: straoriejen: W. (Dob.) Sch.-D. (Nwk.; Rns.) Voetbalwedstrijd: voetballe(n): W. (Dob.: Ok.) ZB. (Gpol.; Ha.; Hrh.: Kn.; Ktg.; Ovz.) T. (Anl.) Phi. Sch.-D. (Otl.; Nwk.; Rns) Z.V.W. (Cz.; Nvt.) L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.) G.-Ofl. (Odp.; Ntg.) Wielerwedstrijd: wielerkoers'n: W. (Dob.) ZB. (Gpol.; Ha.: tegenwoordig wel: Hrh.: werd ook wel door kinderen onder elkaar georganiseerd: Kn.;; Ktg.; Ovz.) Phi.: wielrenne Z.V.W. (Cz.: koers'n: Nvt.) L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.) Kinderspelen Boompje verwisselen: boompje verlööpe: W. (Dob.; Ok.: boompje verwissele) ZB. (Ha.; Hrh.; Kn.; Ktg.: boompje verwissele: Ovz.) T. (Anl.: boompje verwissele) Phi.: baomlöópertje Sch.-D. (Otl.: baompje wissele: Nwk.: baompje verwissele: Rns.: idem) Z.V.W. (Cz.: overlööpertje: Nvt.) L.v.Ax. (Ax.) L.v.H. (Hit.) G.-Ofl. (Odp.: baompie verwisseleNtg.: idem) Op een dunne ijslaag lopen: beugmatt'n: ZB. (Hrh.: bugertje spele (mocht niet van ouders): Kn.: scholletje trappen) T. (Anl.: bekend, maar niet onder die naam) L.v.H. (Hit.: stiksken trappen) G.- Ofl. (Odp.: stikken laope) Bepaald balspel: boerbezjon: ZB. (Hrh.: kesseballe mi êên, twee of drie ballen: Ovz.: idem) L.v.Ax. (Ax.) G.-Ofl. (Odp.: meisjes dee balie mit twêê of driej ballen) Bokspringen: bokje: W. (Dob.: bokje over 't hagje: Ok.: bokje sprienge, uitroep daarbij: kop in de ketel!) ZB. (Gpol.; Ha.; Hrh.: jongensspel: de zusters verboden dat voor meisjesKn.: Ktg.: haasje over, Ovz.: mochten alleen de jongens) T. (Anl.: 'ciesje over) Phi.: boksprienge Sch.-D. (Otl.; Nwk.: 'aesje over: Rns.: bokje sprienge) Z.V.W. (Cz.: bok bok, boksprien'n; Nvt.: aosje over) 44

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2003 | | pagina 46