TIFFELEN, Johannes van Chirurgijn en vroedmeester (1774-1808) De tweede die ik u voorstel, Johan van Tiffelen, vertegenwoordigt de stand van de chirurgijns. In vele opzichten is hij de tegenhanger van zijn tijdgenoot Andriessen. Na een vierjarige praktische opleiding bij een meesterchirurgijn legt hij in november 1774 het admissie-examen af en wordt als vrije meester in het chirurgijnsgilde van Veere opgenomen. In 1776 wordt hij benoemd tot stadsvroedmeester. Hij heeft een relatief laag inkomen dat oploopt van de laagste klasse (inkomen tot fl. 100) in 1776 tot de op twee na laatste klasse in 1800. In tegenstelling tot Andriessen behoort hij tot de partij van de patriotten. Tot 1795 heeft hij geen enkele politieke functie, in 1795 wordt hij aangesteld als ver tegenwoordiger van Veere op de vergadering der provisionele representanten van het Volk van Zeeland. In 1800 en 1801 is hij afwisselend raad van de stad Veere en bur gemeester. Na de staatsomwenteling van 1795 is in de tweedeling in de geneeskunde in uitwen dige en inwendige geneeskunde met elk een verschillend soort geneeskundigen niets veranderd: ze zal nog 70 jaar van kracht blijven. Met de instelling van de Bataafse Republiek is de zorg voor de volksgezondheid, die ten tijde van de Republiek een taak van de plaatselijke overheid was, een taak van de landelijke overheid geworden. Om die taak uit te voeren worden in 1801 in elk ge west geneeskundige commissies ingesteld waarvan de officiële naam luidt: Provin ciale Commissie voor Geneeskundig Onderzoek en Toevoorzicht. De Zeeuwse Commissie zetelt in de ruimten waarin vroeger de Rekenkamer van Zeeland gehuis vest was, Abdij 4. In de Haagsche Courant die op maandag 18 januari 1802 verschijnt staat de volgen de advertentie: Zondagmorgen den 10 dezer, tusschen 2 en 3 uuren bragt mijne Echtgenoote zeer gelukkig (doch zonder bijstand van een Vroedmeester) mij een zoon en Dochter ter wereld. Ik vind mij verplicht een iegelijk in die gevallen te waarschuwen in den keuze van den Vroedmeester van Tiffelen, wonende te Veere voor zichtig te zijn. Veere den 12 jan. 1802 P.A. Heybeek. Deze zeer opvallende advertentie trekt uiteraard de aandacht van de commissiele den. Mevrouw Heybeek krijgt een brief om inlichtingen, haar brief gaat om com mentaar naar Van Tiffelen, de beide dienstboden worden als getuigen gehoord. In het rapport dat hierna wordt opgemaakt wordt Van Tiffelen volledig gejustificeerd. Hij krijgt een afschrift van de uitspraak waarvan hij naar goeddunken gebruik mag maken. SCHANDVLEKKEN EN SIERADEN VAN DE WALCHERSE MEDISCHE STAND 29

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2003 | | pagina 31