Verder was er Maaslands aardewerk aanwezig, met als nadere herkomst genoemd Andenne. Dit is grauwwit, bleekgeel en oranje tot roze van kleur en spaarzaam geglazuurd; geel tot oranjebruin. Ik constateerde verschillende randfragmenten, waaronder manchet- en sikkelranden, tuiten, rond- en lintoren en bodemfragmenten. De bodemfragmenten zijn scherp afgesneden en hebben in veel gevallen kleine aangeknepen standvinnen. Ook werd een afwijkende bodem gezien. Vervolgens nam ik zwart en grijs aardewerk waar, of niet met zand gemagerd, waarvan sommige soorten meestal genoemd worden als kogelpotaardewerk. Tenslotte, wat de Gatweg aangaat, twee fragmenten roodbruin aardewerk, nl. een manchetrand en waarschijnlijk een haakoorfragment. Het zal hier lokaal vervaardigd gekopieerd aardewerk betreffen. Een 'spinkruikje' en een steengoedkruik (datering vijftiende eeuw) (foto SCEZ Archeologie). Stijlkenmerken Ook in de sloot aan de Westkerkseweg bevond zich een kern met genoemde aardewerkcategorieën, botten en mosselschelpen. Hier vond ik ook rood hoogversierd aardewerk met als herkomst Vlaanderen. Pingsdorf was hier zeldzaam, zwart overvloediger aanwezig. Ook werd hier ongeglazuurd rood aardewerk gevonden. Van het zwarte aardewerk constateerde ik enkele zeer fraai geprofileerde randfragmenten, die een herkomst uit de Brabantse Kempen doen vermoeden. De drie kernen met genoemde aardewerkcategorieën kunnen op grond van stijlkenmerken en de soort van het baksel worden gedateerd in de 11de tot en met de 13de eeuw. De kern in de Westkerkseweg zal in de 13de eeuw zijn gevormd. De kernen met rood aardewerk en steengoed en in mindere mate grijs aardewerk kunnen op grond van baksel en stijlkenmerken worden gedateerd in de 15de en 16de eeuw. Van het 1 lde-13de-eeuwse aardewerk telde ik 522 fragmenten. Van het 15de/16de-eeuwse aardewerk telde ik 980 fragmenten en één kruikje, gewoonlijk spinkruikje genoemd (8 cm). 23

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2003 | | pagina 27