OVER BOEKEN A. van der Moer. De Luitenant-Admirael-Generael: een beknopte levensbeschrijving van Michiel Adriaenszoon de Ruyter (Franeker 2000). 94 biz., afbn., lit. opg. ISBN 90 5194 201 X. De auteur van deze beknopte biografie van Nederlands grootste zeeheld wordt op de achteromslag 'de grootste kenner van het leven en werk van Michiel de Ruyter' genoemd. Een kwalificatie die twijfelachtig mag heten na verschijning van de dikke, uitputtende De Ruyter-biografie Rechterhand van Nederland van Ronald Prud'homme van Reine (1996). Toch heeft A. van der Moer een aardig boekje geschreven over 'bestevaer'; een boekje dat goed kan dienen als eerste kennismaking met het leven van de Zeeuwse zeeman, of als opfrissing van het geheugen. In 28 korte hoofdstukken onderneemt de auteur een chronologische tocht door het leven van Michiel de Ruyter: van 'Afkomst en jeugd' (een eenvoudig milieu in Vlissingen) tot 'Het einde' en 'Rouw', gekenmerkt door grandeur en publieke manifestaties, een vorst waardig. Het boek wordt afgesloten met een nabeschouwing, een heel nuttig chronologisch overzicht (jaartallen met belangrijke feiten) en een literatuurlijst. De laatste beslaat nog geen anderhalve pagina en is daarmee ietwat mager, gezien de lange rij publicaties die aan De Ruyter is gewijd, al sinds zijn sterfjaar 1676. De heldere en instructieve kaartjes van De Ruyters vele en verre reizen waarmee de tekst is doorspekt steken uiterst gunstig af tegen het overige, merendeels te grauw afgedrukte illustratiemateriaal. Wat de chronologische opbouw betreft: deze ligt het meest voor de hand bij een levensbeschrijving, maar wanneer een biografie zo beknopt is als de onderhavige loert het gevaar van de droge kroniek, van het feitenrelaas dat achtergronden en contexten onderbelicht laat of zelfs negeert. Aan dit laatste euvel is De Luitenant-Admirael-Generael, hoewel onderhoudend geschreven, niet ontsnapt. Bovendien bewierookt Van der Moer zijn held De Ruyter wel heel erg. Men kan het met hem eens zijn dat De Ruyter was 'de grootste zeeman die ons land heeft gekend'; en zeker hoeven we niet mee te gaan met de politiek-correcte 'debunking' van de vlootvoogd die recentelijk een beetje in de mode kwam in Nederland. Pure heldenverering daarentegen maakt een onoprechte of verblinde indruk. De terecht zo beroemde heldenfeiten en ondernemingen van De Ruyter - ze hoeven hier niet meer genoemd - winnen juist aan uitstraling en imposantheid als we ook 's mans relatieve schaduwzijden, zijn beknibbelarij, drift en weinig joyeuze natuur bijvoorbeeld, onder ogen willen zien. De Ruyter was gewoon een mens, maar wat voor een. Robbert Jan Swiers, 'Tijdperken der voorweereld'. De Meester Van der Heijden-groeve in Nieuw- Namen (Middelburg: NRI, 2001). 78 biz., afbn., lit.opg. Een prettig ogend, rijk geïllustreerd en toegankelijk boekje is het zeker geworden, deze uitgave van de Stichting NRI in samenwerking met Staatsbosbeheer. In 1999 kreeg Richard Bleijenberg de vrijwilligersprijs van Staatsbosbeheer voor zijn inspanningen als beheerder en rondleider in de 44

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2001 | | pagina 46