in elke zee, val je, van
elke spatie, zout en thuis
loos. Je klemt je vast aan
schelpen in haar rif, of aan
zwartspletige stammen
een pier. Je komt niet samen
in het witte branden in
je zinnen
je kent de dingen, bent door
bloed van elk begin en
onvermoed klim jij als zij
vertwijgen tot vormrijk, herberg,
teder op een achterplan beschut.
Het gedicht is tamelijk hermetisch Het geeft zijn geheimen bij eerste lezing niet prijs. Een poging
tot synthese van de inhoud levert de volgende interpretatie op.
De dichteres wil zichzelf onderbrengen in een gedicht, omdat ze ergens teder en beschut aanwezig
wil zijn. Ze wil ergens als mens en als dichter aankomen, samenkomen. Ze wil zichzelf kennen en
thuisbrengen. Ze wil daarvoor iets maken van woorden en zinnen. Maar na elk woord is er een
nieuw begin dat doet duizelen van de mogelijkheden; een eindeloze hoeveelheid van
mogelijkheden, van inhouden en betekenissen. Vandaar 'na elke spatie, val je'. Spatie is
woordeinde, keuzemogelijkheid, begin van iets nieuws. Na elke spatie val je opnieuw in de
eindeloze zee van veelzinnigheid.
De zee bedekt je met haar zoutige geur en laatje zwemmen in haar eindeloosheid. Je zoekt houvast
in verre onbekende zeeën (rif) alsook in de vertrouwde (pier, zwartspletige stammen). Je wilt ergens
samenkomen, aankomen. Je wilt niet telkens in die bodemloze dieptes vallen. De veelheid in jezelf
moet een synthese gaan vormen waarin iets van jezelf zich thuis voelt, geborgen weet. Maar
daarvoor moetje witheet branden om jezelf als mens en als maker uit te zuiveren. Dat kost moeite
en pijn, maar je komt daardoor terecht bij je werkelijke ervaringskennis, bij wat je echt weet en
voelt.
En vanuit dat doorbloede en doorleefde begin, begint zich organisch iets te vormen, begin je
stijgenderwijs inzicht en overzicht te krijgen en kom je terecht in een onvermoed zelfstandig geheel
van vormen, een vormenrijk, een soort herberg, waarin je op de achtergrond aanwezig bent, veilig
en beschut.
Wereldzee
Een ander gedicht van een Zeeuws dichter, veel concreter van toon in inhoud, maar dat hetzelfde
thema heeft als dat van Yvonne Né, is het gedicht 'Wereldzee' van de in Middelburg wonende
dichter beeldend kunstenaar René van Schagen. Het komt uit de onlangs door hemzelf op de PC
geproduceerde bundel Tarwe aan Zee. De bundel is voorzien van een colofon met veel ironie en
gevoel voor humor. Het is de taal van een beeldend kunstenaar, concreet, to the point, meestal
amusant en geestig, vol in - en uitstroom van gedachten en visies op de werkelijkheid.
42