illustrating the Spread of Protestant Thought and the Exchange of Ideas between the English speaking Countries and the Netherlands ('t Goy-HoutenL Hes De Graaf, 2000). 6. L.F. Groenendijk, 'Continuïteit en verandering in de Nederlandse piëtistische pedagogiek'. Thema's uit de wijsgerige en historische pedagogiek. Vierde landelijke pedagogendag, 27 mei 1989. Speciale nummer van Pedagogisch Tijdschrift 14 (1989) 137-142. 7. B. Kruithof, Zonde en deugd in domineesland. 37. L.F. Groenendijk, De Nadere Reformatie van het gezin. De visie van Petrus Wittewrongel op de christelijke huishouding (Dordrecht: Van den Tol, 1984), 13. 8. J. Koelman, De pligten der ouders (Amsterdam: J. Wasteliers, 1679) (bijlage 'Driederley catechismus' en 'Twintig zonderlinge exempelen), 15-16. 9. L.F. Groenendijk, 'Opvoeding tot godzaliger. Een piëtistische visie op de opvoeding' Leiding 22 (1977) 8/9, 3-8. L.F.Groenendijk, 'Continuïteit en verandering in de Nederlandse piëtistische pedagogiek' 137-142. 10. F.E. Stoeffier, The Rise of evangelical Pietism (Leiden: Brill, 197158-67. Ph. Greven, Spare the Child. The religieus Roots of Punishment and the psychological Impact of physical Abuse (New York: Vintage Books, 1991), 60-72. S. Fleming, Children and Puritanism. The Place o f Children in the Life and Thought of the New England Churches (New Haven: Amo Press, 1933). 153-177. D. Leverenz, The Language of Puritan Feeling. An Exploration in Literature, Psychology, and Social History (New Brunswiek: Rutgers University Press, 1980), 150. 11. J.I. Israel, The Dutch Republic. Its Rise, Greatness, and Fall 1477-1806 (Oxford: Clarendon Press, 1995), 640-645. 12. W. Frijhoff M. Spies, 1650. Bevochten Eendracht (Den Haag: Sdu, 1999), 466. K. Porteman, "Ey kijckt toch, kijckt toch eens, gesellen...' Vierhonderd jaar vader Cats (1577-1600)', Ons Erfdeel 20 (1977), 742. 13. J. Jansen, 'The Emblem Theory and Audience of Jacob Cats' in: J. Manning, K. Porteman M. van Vaeck (eds.), The Emblem Tradition and the Low Countries. (Turnhout: Brepols, 1999), 227-242, citaat uit 228. 14. K. Porteman, Inleiding tot de Nederlandse emblemataliteratuur (Groningen: Wolters-Noordhoff, 1970), 141. 15. L. C. van de Pol, 'Prostitutie en de Amsterdamse burgerij: Eerbegrippen in een vroegmoderne stedelijke samenleving' Cultuur en maatschappij in Nederland 1500-1850red. P. te Boekhorst, P. Burke W. Frijhoff (Meppel Amsterdam 1992) 187-190. H. Roodenburg, 'Eer en oneer ten tijde van de Republiek. Een balans', Volkskundig Bulletin (22) (1996): 129-149. L. Kooijmans, Vriendschap en de kunst van het overleven in de zeventiende en achttiende eeuw (Amsterdam: Bert Bakker, 1997). 16. L. F. Groenendijk, "Salomo's raad aan de jeugd'. De gereformeerde kerk en de jeugd tijdens de 17de en 18de eeuw, blijkens preken en andere stichtelijke literatuur', Nederlands Tijdschrift voor opvoeding, vorming en onderwijs (8) (1992): 249. 17. D. Erasmus, Over opvoeding en vrije wil (met een inleiding van J. Spema Weiland) (Baam: Ambo, 1992). 18. H.F. M. Peeters, Kind en jeugdige in het begin van de moderne tijd (ca. 1500 - ca. 1650) (Hilversum: Paul Brand, 1966), 255-265. 19. J. Cats, Spiegel van den ouden ende nieuwen tijdt (Dordrecht: Hendrick van Esch, 1633 2^e druk), deel 1, 23-24. 20. C. de Bondt, 'Heeft yemant lust met bal, of met reket te spelen... Tennis in Nederland 1500-1800. (Hilversum Verloren, 1993), 100-101. 21. L. F. Groenendijk, 'Kansspelen in het ethische discours van gereformeerde theologen in de Noordelijke Nederlanden', De Zeventiende Eeuw (15) (1999) (1): 74-85. 22. J.C. van der Stel, Drinken, drank en dronkenschap. Vijf eeuwen drankbestryding en alcoholhulpverlening in Nederland. Een historisch-sociologische studie (Hilversum: Verloren, 1995), 52-60. H. Roodenburg, Onder censuur. De kereklijke tucht in de gereformeerde gemeente van Amsterdam, 1578-1700 (Hilversum: Verloren, 1990), 338-344. B.B, Roberts, Through the keyhole. Dutch child-rearing practices in the 17th and 18th century. Three urban elite families (Hilversum:Verloren, 1998), 178. 23. E.K. Grootes,'Literatuurhistorie en Cats'visie op de jeugd'. Visie in veelvoud. Opstellen van prof dr. E. K. Grootes over zeventiende-eeuwse letterkunde; red. M. Spies J. Jansen (Amsterdam: Amsterdam University Press, 1996), 18- 19. 24. J.Cats, Spiegel van den ouden ende nieuwen tijdt (Den Haag: uitgever onbekend, 1632), 138-139. 25. J. Cats, Spiegel van den ouden ende nieuwen lijdt (Den Haag: uitgever onbekend, 1632), 133-134 26. M. Westerman, 'How was Jan Steen funny? Strategies and functions of comic painting in the seventeenth century' A cultural History of Humour. From Antiquity to the Present Day; red.. J. Bremmer H. Roodenburg (Cambridge: Polity Press, 1997), 134-178. L.S. Dixon, 'Some penetrating insights. The imagery of Enemas in Art', Art Journal (52) (1993) (3): 28-35. E. Petterson, 'Amans Amanti Medicus: Die Ikonologie des Motivs der Arztliche Besuch'. Hollandische Genremdierei im 17. Jahrhundert Symposium Berlin 1984; eds. H. Block T.W. Gaehtgens (Berlin: Mann, 1987), 193-224. L.S. Dixon, Perilous Chastity. Women and Illness in pre-Enlightenment Art and Medicine (Ithaca: Comeil University Press, 1995). 27. H. Luijten M. Blankman, Minne-en zinnebeelden. Een bloemlezing uit de Nederlandse emblematiek (Amsterdam: Amsterdam University Press, 1996), 25-26. 28. N.F. Noordam, 'Cats als volksopvoeder', Paedagogische Studiën 38 (1961) 5. 29. P.J. Meertens, Letterkundig leven in Zeeland, 253. 24

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2001 | | pagina 26