betekenis achter? Malcolm Jones beschrijft en vergelijkt in zijn artikel een aantal laatmiddeleeuwse
erotische insignes met antieke voorbeelden. Maar wij hebben eigenlijk zijn ontboezemingen niet
nodig, want de lezer bedenkt bij het bekijken van de vele fraaie afbeeldingen zelf wel de nodige
verklaringen. Want moeten wij niet minstens geamuseerd glimlachen bij het zien van een fallus die
geroosterd wordt (afb. 1744), versierd is met belletjes (afb. 1758) of verkleed is als pelgrim (afb.
1752)? Ook het vrouwelijk geslachtsdeel wordt ons met de nodige details getoond, zoals bij afb.
1766 waar een fallus in erectie voor een geopende vulva staat, als een voetballer voor open doel.
Enfin, na al die heiligen voorin zijn de afbeeldingen op deze pagina's werkelijk een verademing.
Het is waarschijnlijk daarom dat ik zoveel associaties voel met de middeleeuwse mens.
Henk Hendrikse
H.W.M. van der Wyck, Het Arkadisch Walcheren getekend door Jan Arends 1770-1790 (Alphen
aan den Rijn 2001). 180 blz., afbn. ISBN 90 6469 755 8. Prijs: f 75,-
Martin van den Broeke, Jan Arends Buitenplaatsen op Walcheren (Alphen aan den Rijn 2001), 291
blz., afbn., lit. opg., reg., ISBN 90 6469 726 7. Prijs: f 95,-
Groningen kent sinds 1973 zijn 'borgenboek', waarin alle Groningse buitenplaatsen beschreven
zijn. Walcheren kent sinds kort iets dat er een beetje op lijkt, namelijk de 'Arendsboek(en)'. In deel
I, Het Arkadisch Walcheren getekend door Jan Arends 1770-1790, worden de tekeningenseries van
Walcherse buitenplaatsen van de hand van Jan Arends, voorzien van korte toelichtingen,
gepresenteerd. In deel 2, Jan Arends Buitenplaatsen op Walcheren, zijn meer uitgebreide
toelichtingen op deze tekeningen opgenomen, alsmede een biografie en oeuvrecatalogus van Jan
Arends.
Wie was Jan Arends? Johannes Arends werd in 1738 te Dordrecht geboren. Hij bekwaamde zich in
de schilderkunst en was aanvankelijk werkzaam te Amsterdam. Later werkte hij in zijn geboortestad
Dordrecht en van 1771 tot ca. 1788 verbleef hij te Middelburg. Hij maakte hier vooral series
tekeningen van Walcherse buitenplaatsen in opdracht van rijke patriciërs, die hun 'lusthoven' graag
afgebeeld zagen. Behalve als tekenaar en schilder stelde Arends zich ook beschikbaar als
tekenleraar. In of kort na 1788 keerde Arends weer naar Dordrecht terug, waar hij in 1805 overleed.
Deze uitgaven in twee delen door de Stichting 'Nederlandse Buitenplaatsen en Historische
Landschappen' in samenwerking met uitgeverij Canaletto/Repro-Holland kent een lange
ontstaansgeschiedenis. De auteur van deel 1, jhr. dr. H.W.M. van der Wyck, maakte al omstreeks
1960 voor het eerst kennis met de werken van Jan Arends (in de collectie Zelandia Illustrata van het
Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, toen nog in het Zeeuws Museum, thans in
het Zeeuws Archief). Pas in 2001 verschenen ze eindelijk in boekvorm. Het lijkt wel een beetje op
een groot project van Arends zelf, dat echter nooit van de grond is gekomen. Hij wilde namelijk
gravures laten maken van zijn tekeningen van de Walcherse buitenplaatsen en een en ander in
boekvorm uitgeven. Er zijn in totaal 119 'Arends-tekeningen' van buitens teruggevonden, die nu
alle in het eerste deel zijn opgenomen (met afbeeldingen in kleur van de Dolphijn, St. Jan ten Heere
(2x), Lammerenburg (3x), het Middenhof, Noordhout, Oostkapelle (2x) en Poppenroede Ambacht.
Het tweede deel van de hand van mr. M. van den Broeke opent met een uitgebreide inleiding over
de achttiende-eeuwse tuinkunst. Vervolgens worden de 17 door Jan Arends getekende
buitenplaatsen per stuk uitgebreid behandeld; er wordt zeer gedetailleerd op de historie van deze
landgoederen ingegaan. Het overgrote deel van de gebouwen en bijbehorende tuinen is echter
helaas verdwenen. Of het huis(je) Klein Poppenroede aan de Walcherseweg door Daniël
Radermacher, de eigenaar van Poppenroede Ambacht, werd geplaatst (p. 158), waag ik te
47