DIALECTENQUÊTE IN NIEUW- EN SINT JOOSLAND Renée van Bezooijen Rob van den Berg* Opzet In november 1999 zijn wij gestart met een telefonische enquête in een aantal kleinere plaatsen in Nederland en Vlaanderen om zicht te krijgen op houdingen tegenover dialect en dialectgebruik. Dit is een van de zwaartepunten van het onderzoek aan de afdeling Algemene Taalwetenschap en Dialectologie van de Katholieke Universiteit Nijmegen. Het uiteindelijke doel is een globaal overzicht te krijgen van de positie van het dialect in het Nederlandstalige gebied: waar staat het dialect sterk en waar relatief zwak? Het dorp Nieuw- en Sint Joosland in een tijd toen er praktisch uitsluitend dialect werd gesproken. In dit kader is er in de eerste maanden van 2000 een telefonische enquête uitgevoerd onder inwoners van Nieuw- en Sint Joosland op Walcheren. De enquête werd afgenomen door iemand uit de streek. Zij prikte op willekeurige wijze personen uit het telefoonboek en belde die op. Mensen die aangaven dat ze niet het plaatselijke dialect, het Nieuwlands, spraken, konden niet meedoen. Voor deelname kwamen alleen dialectsprekers in aanmerking. Op deze manier zijn 40 personen geënquêteerd. De enquête duurde gemiddeld zo'n 10 minuten. Wij waren geïnteresseerd in de mening van de geënquêteerden over hun eigen dialect, het Nieuwlands, en ook over het ABN. Verder wilden wij weten hoe vaak zij dialect spraken in verschillende situaties, variërend van gesprekken met familie en vrienden tot relatieve onbekenden buitenshuis. Hierbij wilden wij bekijken of er verschil is tussen mannen en vrouwen en tussen mensen van verschillende leeftijden. Wie deden er mee? Onder de geënquêteerden bevonden zich 18 mannen en 22 vrouwen. De meeste vrouwen gaven aan huisvrouw te zijn en hadden lager onderwijs of huishoudschool. De mannen noemden allen een beroep op LBO of MBO-niveau. Er waren heel jonge mensen bij (de jongste was 14 jaar), maar het merendeel van de geënquêteerden was van middelbare leeftijd of ouder. De gemiddelde leeftijd was 61 jaar en de oudste persoon die meedeed was 87 jaar. Om te kijken of leeftijd een verschil uitmaakte in de resultaten hebben we een onderscheid gemaakt tussen 'jongeren' (gemiddeld 43 jaar) en 'ouderen' (gemiddeld 72 jaar). 21

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2001 | | pagina 23