eigentijdse dialect, natuurlijk met
een vleugje nostalgie, maar ook de
aktualiteit telde. Dat bewijzen al
leen al de vaak heftige discussies
in dit gezelschap en in de regionale
pers over de eenheid en de verschei
denheid van het Zeeuws. De regioboe-
ken waren het origineelste antwoord
op de hernieuwde belangstelling voor
het eigen dialect. Dat binnenkort de
delen Goeree-Overflakkee en Schouwen-
Duiveland kunnen verschijnen, is een
prestatie die landelijke erkenning
kreeg in de vorm van een Zilveren
Anjer, waarvan de glans op u allen
afstraalt.
Ieder jaar worden we hier in "De
Vroone" verwelkomd met koffie en
een Zeeuwse bolus, voor mij dus
een typisch Zeeuwse lekkernij, te
vergelijken met de babbelaars.
Maar in het woordenboek vind ik
het hele woord bolus niet.
De vraag werd te klemmender toen
ik voor twee jaar vanuit Israel de
vraag kreeg voorgelegd of de bolus
beschouwd mag worden als een typisch
joods gebak, of er recepten bekend
waren en of ik ook van mening was
dat het hier om een Jiddisch woord
ging. De vraag naar het ontbreken
van het woord bolus was al eerder
opgeworpen, en wel in Bulletin afl.
5 uit 1965 door A.de Smit uit
Eindhoven,correspondent voor Lewe-
dorp en omgeving. Juffrouw Ghijsen
antwoordde indertijd:
"inderdaad zijn bolus en janhagel
als algemeen Nederlands aangemerkt
en dus niet in het W.Z.D. opgeno
menals zeeuwse benamingen van
bolus vindt u in het W.Z.D. draoier
(p192)drolle(p199) koekedraoiomme
(p.466) en stropiedraoieren
juffrouw Ghijsen verontschuldigd zich
dan voor het feit dat stropiedraoier
met vindplaatsen is opgenomen bij
draoierHet argument om bolus niet
op te nemen was dat Van Dale het
woord niet als gewestelijk aanmerkt.
Op de kwestie, die hier verder niet
wordt aangeroerd, van janaegel/
janaogel ga ik hier niet in; deze
komt op een bijzondere interessante
wijze weer aan de orde in nr. 6
(voorjaar 1966) van het Bulletin,
compleet met recept. Daar komt ook
de bolus weer ter sprake, want - u
raadt het al - het woord jikkemiene
(WZD 383) was niet genoemd, per
abuis. Hier blijkt hoe belangrijk het
"Vereenigingsnieuws" is, want er komt
met betrekking tot de ouderdom en het
gebruik van het woord bolus een schat
aan gegevens boven tafel, letterlijk
staat er:
'Thans begint bolus meer en meer de
oude benamingen te vervangen. Typisch
is dat J. Vermue (Ovezande) de afge
leide betekenis: haarwrong van het
dameskapsel, noemt. Dat zou er op
wijzen, dat bolus reeds voor de
eerste oorlog was ingeburgerd.
Daarentegen tekent A.de Boo voor
Kwadendamme aan dat nu eerst de
oude naam door bolus wordt ver
drongen. Nota bene. Op Goeree-
Overflakkee is geen andere benaming
dan bolus gebruikelijk."
Een ander voorbeeld, ruim honderd
jaar geleden werd het moderne voet
balspel in Nederland ingevoerd, van
uit Engeland, compleet met een
Engelse terminologie. Heel snel ver
overde dit spel Nederland en van een
sport voor de upper ten werd het een
echte volkssport.
Die Engelse voetbalwoorden zijn door
het veelal dialect sprekende volk
vanuit het gehoorde of gelezen Engels
aangepast aan de eigen taalsystemen.
Zo werd de penalty met accentver
springing niet alleen pienaltiemaar
konden zelfs vormen als pennelpendel,
pengel en penneltje ontstaan.
In Zeeland wordt de "strafschop"
penaltiepienaltie of penantiepie-
nanti'e genoemd. Deze woorden staan nog
niet in het Woordenboek, ze horen wel
bij het moderne Zeeuwse leven. In het
derde deel van de onvolprezen
Encyclopedie van Zeeland lees ik on
der het trefwoord sport: "Een aantal
sporten die omstreeks 1900 in Zeeland
actief worden bedreven, zijn vooral
van Engelse oorsprong, waarvan de
uitdrukkingen tot vandaag voortleven,
zoals goalkeeperen pinantie"
Ook leert ons de Encyclopedie dat de
28