BOEKBESPREKING
D. KSoldaat-Poortvliet
"D'R BEURT WAT OP FLAKKEE"
Bij uitg. C.van Koppen te Ouddorp ver
scheen bovengenoemde bundel Flakkeese
verhalen.
De schrijfster produceerde reeds meer
dere bundels, verhalen zowel als ge
dichten in dialekt. De grote liefde
voor haar dialekt en haar rijke levens
ervaring staan borg voor pittige
streekverhalen
Nu vallen streekromans en streekverha
len in de regel niet op door de wereld
schokkende gebeurtenissen die er zich
in afspelen. Dat geldt ook voor deze
bundel. Toch is hier sprake van een
bijzonder boek. De schrijfster bedient
zich op meesterlijke wijze van haar
moerstaal en ze gebruikt daarbij woor
den en uitdrukkingen die de insiders
(zo mag ik mij als geboren en getogen
Flakkeeenaar wel noemen) vaak verrast
doen lachen. De lezer ontmoet hier
kostelijke en vaak gekruide gezegden
die vooral kenners van het gebruikte
dialekt laten genieten. Daarnaast zul
len lezers die sympathie voor de eigen
heid van een dialekt hebben, en zeker
kenners van dialekten uit taalverwante
gebieden, aangenaam getroffen worden.
Een dialektschrijver hanteert een taal,
die uit het hart komt. Hij voelt die
als zijn moerstaal, terwijl de stan
daardtaal, het algemeen Nederlands
toch altijd enigszins aangeleerd is.
Zo ook bij deze auteur, zij schrijft
zoals ze het voelt, zoals het van
binnen leeft.
Er bestaan in de regel geen voor
schriften voor het noteren van dialekt.
Een deskundige zei het zo:
"In het dialekt heb je meer dan 26 let
ters nodig". In elk geval moeten er
meer klanken weergegeven 'kunnen worden.
Dezelfde deskundige (P.Heerschap) heeft
een bepaalde schrijfwijze voorgesteld.
Deze is in het hier besproken boek toe
gepast. Een enkele maal vind je een
woord dat twee maal voorkomt verschil
lend geschreven (bv. resseluut en riz-
zeluut, resp. op blz. 19 en 79).
Van de corrector èn van de zetter wordt
bij een dialekt uitgave veel gevergd.
Een paar schoonheidsfoutjes: op 29:
óögen i.p.v. aogen zoals op 95.
Hetzelfde voor kaonen op 27, wat moet
zijn kóónen (zie 95). En ook gedroomd
op 103, wat moet zijn gedraomd.
Kostelijk is t om als onvervalst dia-
lektspreker woorden tegen te komen,
die je eigenlijk niet kent bv. móöluk,
êêntelijk, en roedarus. Twee van de
drie worden in het Woordenboek der
Zeeuwse Dialecten behandeld als zijnde
alleen bekend op Goeree-Overflakkee
De omslag van 't boek wordt gesierd
door een tekening van Rien Poortvliet
(oomzegger van de schrijfster)
De uitgebeelde RTM-stoomtram heeft zij
nog in de kinderschoenen gezien.
Samenvattend: Het boek is een aanwinst
voor iedereen, die van dialekt, als
van een stukje cultuur, houdt.
In de boekhandel verkrijgbaar
a 25,90.
A.Wagner
Bij DE SCHANS in Werkendam verscheen
onlangs de gedichtenbundel KRUKELS:
Walcherse gedichten van Pier van Damme.
De Zeeuwse dichter bezingt in 50 rijm
loze gedichten zijn kennissen- en
vriendenkring. De gedichten zijn niet
in het dialekt geschreven, toch zijn
de boereproengkersde bakkruudjes,de
paaslelies, de pimpanpoentjes en de
mulders een inspiratiebron voor zijn
dichterlijke beschouwingen.
Zoals de auteur herinneringen uit zijn
jeugd oproept en ze bezingt, zo dicht
hij kijkend vanuit Walcheren, over het
licht, dat op de Banjaard en de zee valt.
Philosofische onthullingen voeren de
lezer langs Walcherse dorpen,stille
plekjes, die de dichter zeer dierbaar
zijn.
Het omslag is van Hans van der Giessen
en het vignet van de Middelburgse
schilder-tekenaar Piet Rijken.
A.Francke
20