van de rijksgrens uitstrekken,zou men ertoe geneigd kunnen zijn te
denken dat èlle Vlaamse woorden die aan de Belgische kant van de
grens in enige concentratie voorkomenook in Zeeuws-Vlaanderen te
vinden zullen zijn.
Het volgende voorbeeld (uit WVD Deel 1, Afl. 1, p. 120) toont aan
dat een dergelijke veralgemening niet geoorloofd is.Kaart 3, ge
wijd aan de namen voor het etgroen of nagras (d.i. het jonge gras
dat na het maaien weer opschiet en dat door het vee wordt afge
graasd of - later in de zomer - nog eens wordt gemaaid) geeft ons
alle reden om te veronderstellen dat het gebied van het woord
toemaat zich ook over heel Zeeuws-Vl. uitstrekt.
NAGRAS
Dat blijkt echter niet het geval te zijntenminste als we mogen
voortgaan op de informatie in het WZD.Het woord is er weliswaar
opgenomen,onder de gedaante tóómaortmaar om te beginnen bestrijkt
het maar een klein gebied (L.v.Axel en L.v.Hulst)en bovendien
heeft het daar een betekenis die nogal sterk van de Vlaamse af
wijkt, nl. "klaver,in de gerst gezaaid en na de oogst vaak afge
weid, om 't volgend jaar als tweejarige klaverakker te groeien".
In het WZD wordt trouwens uitdrukkelijk vermeld dat de betekenis
"etgroen" van toemaat in Zeeland niet bekend is.In Zeeuws-Vl. is
daarvoor het woord nagras (naegos,nao(r)gos) gebruikelijk.
In alle gevallen als deze zijn Zeeuws-Vlaamse gegevens dus nodig
om een verkeerde indruk,gewekt door een onvolledig kaartbeeld,weg
te werken.
10