De mate van conservering levert vooral bruikbare gegevens op voor het Romeinse aardewerk dat op het strand slechts zelden in een bepaalde (klei-)afzet ting wordt aangetroffen (en dan nog waarschijnlijk verspoeld)in tegenstelling tot voorwerpen uit de Ijzertijd en de vroege middeleeuwen die vrij alge meen in hun oorspronkelijke context kunnen worden aangetroffen.Helaas worden de oude cultuurlagen, gelegen op Duinkerke-I- en Duinkerke-II-afzettingen, steeds meer door anoniemefanatieke verzamelaars vernield.Het is moeilijk dit vandalisme te voorkomen Een belangrijke hoeveelheid aardewerk uit de late Ijzertijd,aangetroffen op afzettingen van de Duinkerke-I- transgressie (blootgespoeld op het strand) werd door de heer J.Arentsen(Middelburg) overgedragen aan het Provinciaal Depot voor Bodem vondsten te Middelburg.De fragmenten van de hand- gevormde potten zijn vaak versierd door middel van nagelindrukken of ingekraste lijnen,-er is besmeten, maar ook zeer gladwandig aardewerk bij;de ver schraling is dikwijls plantaardig. Van hetzelfde vondstencomplex is reeds veel door anderen in de loop der jaren verzameld materiaal in het Provinciaal Depot aanwezig. Drs.R.M.van Heeringen (met ingang van 1 april 1986 provinciaal archeoloog voor Zeeland) betrekt de Domburgse vondsten in een uitvoerige studie over IJzertijdaardewerk in het kustgebied van Holland en Zeeland De heer P.Jansen(Rotterdam) maakte melding van een door hem in juni 1985 op het strand te Oostkapelle gedane vondst van twee gave sleutels uit de Karolingische tijd.Hij trof de voorwerpen bij el kaar aan in een humuslaag.De ene sleutel heeft een lengte van 7.0 cm; bezit een ringvormig handvat, een massievespits uitlopende schacht en een lange, driehoekige baard (zeer gelijkend op nr. 472 in Ned. Oudheden 5,T.Capelle,Die frühgeschichtlichen 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1986 | | pagina 21