werd overgenomen door Amsterdam,dat een zeer groot aandeel heeft gehad van de immigratie uit de Zuide lijke Nederlanden in het algemeen en van Antwerpen in het bijzonder. Eén van de mooiste aanwijzingen die mij hiervoor be kend zijn is het intekenregister van de Kamer Amsterdam van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (14).Maarals Amsterdam en andere Hollandse steden grote aantallen emigranten uit het Zuiden hebben op genomen dan is dit evenzeer het geval met de steden in Zeeland,Middelburg,Vlissingen,Vere,Goes enz.,die zoveel dichter bij de Zuidelijke Nederlanden lagen, en zo nauw met Antwerpen verbonden waren geweest, zeker op de Walcherse rede,waar men kan spreken van voorhavens van de metropool. En zo blijkt de anonymus,die ik hiervoor citeerde, goed op de hoogte te zijn geweest nopens de bestem ming van degenen die na 1585 Antwerpen hadden verla ten om vooral in de Noordelijke Nederlanden hun heil te gaan zoeken. Ook voor Zeeland is het aandeelhoudersregister van de V.O.C. bewaard gebleven (15) en voor iemand,die de bevolking van Antwerpen uit de periode rond 1585 kent,is het onthullend vast te stellen hoeveel Zuid-Nederlandersen vooral Antwerpenaars er in voorkomen.Zo bv. de groot-aandeelhouder Balthazar van Vlierden,die in de bij hem horende voetnoot wel wordt vermeld als diaken en ouderling van de Nederduits Hervormde gemeente te Middelburg (16),maar die boven dien hoogstwaarschijnlijk uit Antwerpen komt: een homoniem,dus ook Balthazar van Vlierden geheten,die als goede katholiek moeilijkheden had gehad met het staatse stadsbestuur vóór 1585,werd na Farnèse's intocht lid van het katholieke schepencollegeen in een latere periode zelfs binnenburgemeester (17) Een kleine aandeelhouderFrancois Beydael,hij legt maar 300 in,vond ik in 1582 te Antwerpenvermeld als kramer uit Brussel herkomstig,waar hij woonde bij 12

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1986 | | pagina 14