Wordt of werd het volgende in Uw dialect gebruikt Hoe anders gezegd
20.(H)ie zette z'n mendeure open:
een grote mond op zetten
21n Louwereen grote ijzeren kookketel
boven de haard
22.Da's ok 'n laekensen:dat is ook een
ijskouwe
23.'k Bin vol en zoete:ik heb genoeg gegeten
24.Doe toch nie zo schielöós: wees niet
zo wild
25.Ik kan 't nie(t) meer begaome(n):
ik kan het niet meer aan
26.Je za me to(e)nge nie krauwe(n)??
Welke benaming kent U voor de brossekalkachtige knollen en aangroeisels in
brak watergevormd door een zekere mosdiersoort:
ziltensteen, siltensteen, zouteballen, sintels, sintelsteen, palingbrood,
zinderplaat of zouterik,of nog anders?
Wat wordt in Uw dialect gezegd,als ergens geldgebrek is of armoede?
De krubbe 'angt 'r 'óóhe of
Welke regenvoorspellingen kent U?
Me kriehe(n) rehen,want
Welke onweersvoorspellingen?
Welke stormvocrspellingen?
Nog andere weervoorspellingen?