WIJ ONTVINGEN Wij ontvingen van de heer G.J.Lepoeter(Kpl) een zevental Zuid-Bevelandse gedichten van de destijds naar Amerika geëmigreerde Henk Nieuwenhuize waarvan er minstens één in het regioboek terecht moeten komen. Ze zijn van 1989 en geven ons,als het ware,een illustratie van wat in de herinnering van de emigrant blijft voortleven en hoe zuiver het oude dialect bij hem is bewaard.De heer Lepoeter was zo vriendelijk de verzen voor ons op de band in te spreken. Op ons verzoek heeft ook de 82-jarige mevrouw L.C.van Hanegem-Visser uit Sluis de Gedichten en gedachten,die zij in verschillende periodes van haar leven optekende,op een bandje vastgelegd.Haar broer de heer W.J.Visser zal de dialect-tekst uit haar verzamelschrift voor ons overnemen. Er is,helaas,nooit tijd en ruimte genoeg,om alle binnengekomen verhalen, gedichten,limericken en andere ontboezemingen van onze leden meteen in Nehalennia te bespreken,maar persoonlijk krijgt iedere inzender zo spoe dig mogelijk een reactie en dankwoordwant alles heeft altijd op de een of andere wijze waarde voor ons werk,en alles krijgt een plaatsje in het archief. Ook de kranteknipsels waren weer zeer welkom. Een prettige verrassing was ook een lijstje met uitdrukkingen,dat de hoofdonderwijzer W.van Helden(Adb) ons zond.Er stond namelijk onder: Verzameld door leerlingen 5e klas lagere school. Wat zou het mooi zijn,als zulk verzamelen op alle scholen mogelijk was! Hartelijk dank aan alle inzenders,met de beste wensen voor ieder van U, en voor het werk van de vereniging in het Nieuwe Jaar! E.J.v.d.B. Liesbeth van der Kuil komt onze dank toe voor de bereidwilligheid de gehele dialectdag via haar bandopnameapparaat op te nemen. Mevrouw v.d.Broecke kon zo toch nog een beetje van de sfeer van de geslaagde dag proeven. Via mevrouw Rijstenbil zijn de bandjes samen met de zwarte tas en onze bloemen dezelfde avond nog bezorgd. Toch plezierig dat ook onze jeugd zich graag desgevraagd wil inzetten. Mevrouw Rijstenbil en Liesbeth hartelijk dank. J.A.O.-L. 51

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1984 | | pagina 53