- 7 - en mé s'n regsen 'and an de maonstoel (plaats van de inplanting der manen); ie zet z'n voet op de voorbasse en kruupt azo op 't anpaerd. Ook te Aardenburg is de uitdr. bekend. Volgens J. Kareis uit Breskens was deze ietwat omslachtige manier om op een paard te klimmen niet ongebruikelijk.: "menigmaal (heb ik) zo'n knecht via de bassen op het paard zien krupen." Gelijk bekend is bassen het in Z.V1. algemeen gebruike lijke woord voor de leren kokers om de trekstrengen v.h. paardentuig, die op de Z.eil. ozen worden genoemd. Basseveldeeen plaats even over de Belgische grens, waar met. paard en wagen het door de Belgen opgekochte vlas werd heen gereden, kent nog iedere Zeeuwsch-Vla ming. Voor de woordspelingC'een lollige draoi", J. Kareis) zorgde de Z.-VI.humor. 2a. opg. BnsBeweer doee zich verweren, z. schrapzetten aldus niet bev. b. vergeer doeë (z. W.Z.D. 1059) is behalve voor de aid. geg. plaatsen ook bev. voor Z.B. (Ha.) en T (Svn.); Het wordt ook gebr. in bet. zich inspannen, zijn best doen voor; werao-doeë Ofl. (Mdh.Smd). 3a. Blauwkousen inwoners v. Nieuwe Tonge en Blauwkous en- land Ntg. en omg. is bev. door mevr. Carrière, b. Blauwkousenland voor west.-Z.VI., opgeg. door Cz. (z. Z.D. 105); thans bev. d.' GdeAdb A-a. bielappe(nals landbouwterm 'plekken overzaaien, waar het zaad slecht is opgekomen (z. W.Z.D.art. lappe(n) 52?) bev. d. Ktg.; DsrBns; Z.V.W. (alg.). b. De brouwe afrieën de laatste ploegsnede maken, bij ploegen van de kant naar het midden bev. d. Zdz.; Gde.; Obg.Hp.; Adb. AantDekker (Hp.), de brouwe spletten wordt gezegd voor de op één na laatste voor de naoiénde) ploegen. c. d'n durpel uutrieë(n) (als 4b), geg. d. Mtd.is bev. d. Kpl.; Dsr.; door Ier is geg. de Strieker ofrieën.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1971 | | pagina 9