- 32 -
B.
Behuizing van de knechts op andere eilanden en in
Z-Vlaanderen
1. Behuizing boerenknecht3Z.eil. Bew. Schelde.
Walcherenknecht inwonend, slaapplaats op zolder, (bedstee,
ledikant) die tegelijk graanzolder was. Bij J.
Vader (Een Oud-Walcherse boerderij p. 68) is ook
sprake van de opkamer als slaapplaats
Zuid-Bevelandals Walcheren (opget. d. Kpl.; Ier.). Kpl. ver
meldt geval van getrouwde eerste knecht (opper
knecht) wonend in een arbeidershuisje op of bij
de hofstee. Doch gewoonlijk ongetrouwd; in grote
re bedrijven bijv. 3 knechts, alle "in uus". In
Wilhelminapolder per hofstee 8 vaste knechts
(paereknechtsen 4 paererieers bijv. voor graan-
en bietenoogst; de laatste geen huisvesting op
hofstee
Waren de 8 vaste knechts allen "in uus" (op huis
zolder of elders)
Noord-Beveland. geen inzending.
2. Behuizing boerenknechts in Z-Vlaanderen
In West-Z.Vl. waren de knechts eveneens inwonend, in zoverre ze
op de hofstee waren ondergebracht. Slaapplaats op
de zolder van 't huis kwam voor, maar vooral op
oudere hofsteden kende men de slaapplaats aan de
zijkant van het huis, hetzij als opkamer (Bks.;
Cz.; GdeAdbhetzij als aanbouw. In beide
gevallen met een eigen uitgang op het erf, t.o.
de schuur. Soms was deze ruimte in tweeen gedeeld,
zonder communicatie (Gde.). De binnenste ruimte
had deur naar het huis. De oorspronkelijke bouw
schijnt geweest te zijn één ruimte, met deur op
het erf en deur in de gang van het huis (Hp.;
Obg.; Adb.) op oude hofsteden.
De benaming convent (keventW.Z.D. 475 nog bij
ouderen bekend. J. Kosseel (Adb.) heeft als jonge
