- 14 - DIALECTONDERZOEK IN ZEELAND. Vervolg Weerspreuken. (zie Bulletin 9> P- 5-9) I. Bevestigingen en Varianten. Nota bene. De volgorde in aflevering 9 met onderverdeling is aangehouden. Bij 1a. De spreuk is met kleine varianten in de tweede regel bev. d. VwpKpl.; Kn.; Ier.; geheel als opgave, dus ....zes weken regenverdrietIer.; zes weken ver driet Vwp.; Kn.; .boerenverdriet: Kpl. De spreuk, zoals ze op Goeree bekend is, geeft twee kanten aan de voorspelling: Al naer 't regent op Sinte Margriet/Dan hei je zes weken regen of niet Bij 1 b.c. De spreuk in versvorm, als d. Dsr. geg., is elders niet bev.; de lezing op Goeree-Overflakkee komt dicht bij1c. Sinte Margriet heit in bedde 'pist, da's zes weken regen GdrAs Sinte Margriet in bed pist regent 't zes weken (Mdh.; Smd.); Z.V.W. (IJzendijke) meent dat een dergelijk gezegde ook daar bekend is. Bij 2a. Voor Zeeuws-Vlaanderen werd alleen de spreuk: Mé Paossen op straote, mé Pienkster in 'uus bevestigd; de toespeling op het zitten op de haardplaat, zo typerend in de lezing van de spreuk op de Z.eil., kent men er niet. Was mis schien het "stoken op d'n 'aerd" en dus het zitten op de haardplaat, dat op de Zeeuwse eilanden in het eerste kwart van deze eeuw nog gewoon was, in Zeeuws-Vlaanderen eerder in onbruik geraakt en werd aldus de spreuk niet meer begrepen? Het zou de moeite waard zijn, dit na te gaan. Bij 2b. De spreuk omtrent aanhoudende noordenwind van Pasen tot Pinksteren, geg. d. Dsr., is niet bevestigd.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1967 | | pagina 16