RUUD BOS: EIGENLIJK ZOU IK HET
ALLEMAAL WILLEN OVERDOEN
De musical Mimicrimi
werd geschreven door
Guus Vleugel. Ruud Bos
maakte er muziek bij.
Jean Quist jr. ontdekte
in een gesprek met Ruud
Bos dat Guus Vleugel de
trend zette, waarnaar Bos
zich voegde.
Achteraf is hij niet te
spreken over de musical.
Een gesprek over muziek
en musicals. Jean Quist
vertelt in het daarop
volgende artikel het
verhaal van de musical.
mimicrimi
Jean Quist jr.
stijlen
toegankelijkheid
filmmuziek
14 mmfebruari
Helemaal zelfstandig en alleen schreef ik de muziek
voor Mimicrimi niet. Guus Vleugel wilde dat ik me in
de eerste plaats strak aan de tekst hield en de
muzikale suggesties die hij erbij schreef verder
uitwerkte. En dat betekent dus goed beschouwd dat
de composities op ons beider naam staan. Eigenlijk
nog meer op die van Vleugel dan de mijne. Want hij
bepaalde voor een groot deel het verloop ervan. In
zekere zin beschouw ik dat als een beperking. Ik kom
niet naar eigen inzicht handelen,iets wat mijn
creativiteit toch een beetje afremde. Niet dat ik me nu
beklaag of kritisch uitlaat. De muziek is het aanhoren
waard en ik ga er maar van uit dat de meester zich in
de beperking toont. Het uitwerken van ideëen die
een ander me aanreikte, maakt het componeren voor
mij wel wat makkelijker. Je hoeft zelf het raamwerk
niet meer uit te denken. Maar tegelijkertijd reduceert
het wel je eigen inbreng. En om die reden ben ik met
het resultaat niet helemaal tevreden. Een les voor de
volgende keer,wanner ik meer eisen zal stellen en op
m'n punten blijf staan. Want ook ik wil m'n
persoonlijke visies kwijt.'
'Ondanks alles heet mijn aandeel in Mimicrimi echffe
musicalmuziek. In dit geval een mengeling van
hedendaagse pop en het walsje van vroeger. Evenals
de meeste muziek voor musicals een veelheid van
stijlen, een voorwaarde,wil je iemand een hele avond
boeien. Zeker op dit gebied speelt de muziek een-
zeer belangrijke rol. Niet alleen de acteurs bepalen
met hun spel de handeling op het toneel en niet
alleen de dansers houden louteren alleen uit zichzelf
de aandacht vast. De muziek verbindt de verschil
lende onderdelen en steunt, draagt zelfs, het totaal.
De muziek fungeert als voertuig voor de zeggings
kracht.'
'Nu zijn Guus Vleugel en ik niet bepaald vreemden
voor elkaar. Al sinds de jaren zestig werken we
samen. Dat begon zo'n beetje in de tijd van het
Lurelei-cabaret. Min of meer automatisch volgde
daar de musical uit. Samen maakten we De stunt en
ook Boem-boem met André van Duin. Van een heel
ander genre was onze bijdrage aan de Kinderboe
kenweek, enkele jaren terugDat vond toen onder de
noemer 'Wordt er in de ruimte nog gelezen' plaats.
Later bleek dat een opstapje te zijn geweest naar een
leuke kindermusical die we voor de toneelgroep
Arena maakten. Wanneer je al zolang met elkaar
samenwerkt op zoveel verschillende terreinen, dan
ken je elkaar op een zeker ogenblik uit en te na. Het
werk van de ander kent geen geheimen meer voor je.
Bijna instinctief weet je wat de ander denkt en wil en
oe zich dat verhoudt met je eigen ideeën. Logisch
e|genlijk, want zou dat niet het geval zijn, dan bleef je
nooit zolang samen.'
n het schrijven voor kinderen leg je heel andere
maatstaven aan dan in het componeren voor
oiwassenen. Het vereist een andere uitwerking die
aadloos aansluit op de wereld, zoals kinderen die
i /1nen- Voor mij houdt dat op de eerste plaats het
mi a. ®noP de poptraditie in. Ik geloof niet datje met
ziek moet komen die kinderen niet kunnen
w 2lr]9en. °f die voor hen een volkomen vreemde
voiüu 'S' za' 0131 'aatste evenzeer voor
kj 3ssenen opgaan. Tegenwoordig kun je je wat
voo hfen ketreft f0011 wat meer permitteren dan
Don |®n' ze. groeien op met de eigentijdse
Puiaire muziek en videoclips. Zaken die ze erg op
prijs stellen. Ondanks dat de pop muzikaal niet altijd
even makkelijk in elkaar steekt. Wellicht dat kinderen
zich daardoor wat meer kunnen voorstellen bij
gecompliceerder klanken.'
'Het wil niet zeggen dat je je als componist nu
helemaal kunt uitleven. Te moeilijk stoot af. Maar
meer dan in de pure luistermuziek liggen de grenzen
in de musical nogal ruim. Je kan je wat meer
permitteren. Het publiek kan de aandacht nu
eenmaal verleggen. Van de muziek naar de
handeling en omgekeerd. Ik geloof ook niet dat het
moeilijker is om de mensen uit hun huis te
krijgen. Tegenwoordig beschikt iedereen over
zoveel vormen van amusement. Denk alleen maar
aan de video. Maar ook de economie spreekt mee. In
de videotheek ben je bij wijze van spreken voor een
tientje een hele week onder de pannen. En in het
theater ben je voor een paar uur heel wat meer kwijt.
Dat geldt natuurlijk niet uitsluitend voor de musical,
maar voor alles wat met uitgaan samenhangt.'
'Je krijgt over het algemeen de mensen alleen dan
het theater in wanneer je met iets heel opmerkelijks
komt. Dat lukt niet iedereen en zeker niet altijd. En
dus moet je de toegankelijkheid vergroten, de meest
gestelde voorwaarde in wat de vrije sector heet. Een
producent eist bijvoorbeeld van een componist dat
hij rekening houdt met het geschatte bezoekersaan
tal. Hij moet makkelijke muziek schrijven die inhaakt
op de smaak van het publiek, een gegeven waarover
je de nodige discussies kunt voeren. Want wat
vinden mensen mooi? Daar bestaat nu eenmaal geen
blauwdruk voor, al doen sommigen anders geloven.
Je kan wel met zekerheid stellen dat het gros van de
mensen, dat naar een musical gaat, geamuseera wn
worden, wil lachen en in de voorstelling iets van hun
eigen leven herkennen. Of in elk geval iets
tegenkomen wat ook voor de presentatie van het
programma velen raakte.'
'Kom je daaraan tegemoet, dan kun je zeggen dat je
in je opzet slaagt en kan het gebeuren dat iemand na
afloop van de voorstelling een liedje nafluit zonder
dat het moeite kost. Maar het onthouden van muziek
staat niet op zichzelf. Het hangt altijd samen met iets
anders, je kan daar geen lijn op trekken. Muziek kan
zo makkelijk zijn en zo aanspreken en toch herinnert
niemand het zich later. Het blijft onvoorspelbaar.
Vaak betreft het dingen waar je een hard hoofd in zag
Passages, waarvan je je niet kunt voorstellen dat het
blijft hangen. Neem bijvoorbeeld de herkenningsme
lodie die ik voor de Fabeltjeskrant schreef, ledereen
beoordeelde het negatief. 'Dat moetje niet doen, het
klinkt te moeilijk, kinderen vinden dat niet leuk.' Naar
hun mening zaten in dat melodietje teveel ingewik
kelde loopjes. Maar al bij de eerste presentatie bleek
dat kinderen het moeiteloos nazongen. Inclusief de
moeilijk bevonden fragmenten.'
Net zoals die voor musicals onttrekt de muziek van
de Fabeltjeskrant zich aan elke stijl. Geen specifieke
voorwaarde voor die terreinen. Het mag wat steriel
lijken, maar het ontbreken van stijl brengt voordelen
met zich mee. Je kunt jezelf meer uitleven en het
resultaat op verschillende manieren toepassen.
Anderen bijten zich in een ooit eigen gemaakte
opvatting vast en blijven daarmee doorgaan, nog
lang nadat ze alle denkbare mogelijkheden gebruik
ten. Naar mijn idee kun je met datstijlloze' alleen
werken, wanneer je de theorie rond de muziek tot in
de perfectie beheerst. Iets wat je terdege tijdens een