Aan het werk in het pompstation Oranjezon, 1910. (archief DELTA N.V.)
bij Vrouwenpolder. Het water wordt bij Oranjezon
opgepompt en door een elf kilometer lange leiding,
met een doorsnee van tweehonderd millimeter,
naar de watertoren in Middelburg gevoerd. Deze
watertoren, die in 1892 zijn werk gaat doen, heeft
een ijzeren reservoir met een inhoud van driehon
derd kubieke meter. De werken in Oranjezon
bestaan uit een gesloten draineerleiding.
In juni 1892 is het feest, de duinwaterleiding wordt
officieel in exploitatie gebracht met 363 aansluitin
gen. Al gauw komen er echter klachten: het water
is geel getint en niet reukloos.
Een scheikundige en geneeskundige oefenen con
trole uit. Voorgesteld wordt een ontijzeringsinrich-
ting te bouwen, in de vorm van een cokestoren van
zes meter hoogte. Na ingebruikname van de
cokestoren houden de klachten over onaangename
geur van het water op. Op advies van de gemeen
tegeneesheer wordt ook nog een na-infiltratie van
het water door beenderkool toegepast.
Nieuwe voorzieningen
Als de waterwinning tien jaar aan de gang is, wor
den nieuwe voorzieningen getroffen. Meer landin
waarts, in de vroongronden van het duingebied,
worden twintig nieuwe waterwinputten geslagen.
De waterwinputten worden uiteindelijk vervangen
door een open winningkanaal. In 1920 wordt het
eerste open draineerkanaal in gebruik genomen.
Dat heeft een lengte van zevenhonderd meter. In
1922 komt er elfhonderd meter kanaal bij. Bij de
watertoren Middelburg komt in 1924 een laagre-
servoir met een inhoud van tweeduizend kubieke
meter. Hiermee wordt de watervoorraad in de
toren steeds op peil gehouden.
Walcherse platteland
Buiten Vlissingen en Middelburg blijft de bevolking
op het Walcherse platteland nog steeds aangewe
zen op regenbak en emmer. Het Rijksbureau toont
aan dat het Walcherse platteland met enige goede
wil en medewerking zonder hoge kosten van een
waterleiding kan worden voorzien. In 1929 luidt
het advies aan de gemeente Middelburg: "Het ver
dient voor de gemeente Middelburg alle aanbeve
ling om hare bemoeiingen met de drinkwatervoor
ziening van het eiland Walcheren niet verder uit te
strekken dan tot de gemeenten welke in hoofd
zaak ten noorden en westen van het Kanaal door
Walcheren gelegen zijn, met uitzondering van
Vlissingen."
Begin jaren dertig wordt in Oranjezon een geheel
nieuwe zuivering gebouwd, aangepast aan een
hogere capaciteit en nieuwe technieken.
In 1932 wordt Domburg op de waterleiding aange
sloten. Een watertoren in de Domburgse duinen
van dertig meter hoogte en een reservoir van
tweehonderd kubieke meter markeert de vooruit-