pi
VOGELONDERZOEKIN
HET VERDRONKEN LAND
VAN SAEFTINGHE
r
DOOR ALEX WIELAND
dot zowel vogels als vogelaars heeft het Verdronken Land van Saeftinghe, het grootste brakwater
schor van NW Europa (3200 ha.), een bijzondere aantrekkingskracht. Al decennia lang vind er vogelonderzoek
plaats in dit prachtige gebied. In 1955-56 werd door de natuurbeschermers van het eerste uurMaebe
Van der Vloet voor het eerst een gebiedsdekkende broedvogelinventarisatie uitgevoerd. Daarna zijn er nog
vele tellingen en inventarisaties uitgevoerd.
Voedsel van
Grauwe Ganzen
in Saeftinghe en
omgeving tijdens
de winters van
1994/95 tot en
met 1996/97.
Om de waarde van een gebied vast
te stellen en daarmee een bescherm
de status te realiseren zijn goed
gedocumenteerde gegevens nood
zakelijk. Daarnaast zijn periodieke
tellingen en inventarisaties zeer goed
bruikbaar om te kijken of het beheer
in een gebied goed is, of dat er
ingegrepen dient te worden. Daarom
is sinds 1990 door vrijwilligers van
de vogelwerkgroep van de natuur
beschermingsvereniging De Steltkluut
gestart met gestructureerde tellingen
en inventarisaties. Sinds 1990 zijn
de tellingen steeds professioneler
geworden, de hoeveelheid uren die
in de inventarisaties, tellingen en
onderzoeken gaan zitten zijn niet
mis, 2443 uur (37% bureauwerk) in
1996/97 en 1375 uur (29% bureau
werk) in 1997/98.
De resultaten van deze tellingen
worden gepubliceerd in jaarverslagen
en (internationale tijdschriften.
Door beleidsmakers en beheerders
worden deze publicaties gebruikt
om het gebied zo goed mogelijk te
beschermen en te beheren.
Zeebiesknollen 49%
1 Oogstresten 8%
I Strandkweekzaden 8%
i Groene plantendelen 33%
I Landbouwgewassen 2%
iu
Broedvogels
Een gebiedsdekkende broedvogel
inventarisatie op alle vogelsoorten is
zeer arbeidsintensief en wordt daar
om niet jaarlijks uitgevoerd.
In 1997 is het gebied echter integraal
op broedvogels geïnventariseerd.
Tijdens 642 velduren zijn in totaal
meer dan 16.000 broedvogels
geïnventariseerd, waarvan 976
broedparen Tureluurs. In de
periode 1991-1998 zijn wel
jaarlijks de meest specifieke
(kustbroedvogels en kieken
dieven), zeldzame of 'makketijk'
te inventariseren soorten geïnven
tariseerd, ook zijn er regelmatig
deelgebieden geïnventariseerd.
Tijdens een broedvogelinventarisatie
wordt een gebied diverse malen
bezocht, telkens wordt op kaart
ingetekend waar zich territorium
houdende vogels bevinden of waar
nesten liggen. Naderhand worden
deze veldgegevens uitgewerkt en kan
een eindtotaal van een bepaalde
soort bepaald worden.
Tellen
Het Verdronken land van
Saeftinghe is niet alleen belangrijk
voor broedvogels maar heeft ook
zeer belangrijke waarden als
overwinteringsgebied en als rust
en foerageergebied voor trek
vogels. Daarom worden in de
periode augustus maart eens per
maand alle in het gebied aan
wezige vogels geteld. Hierbij
gaat de aandacht vooral uit
naar watervogels en roofvogels,
tijdens enkele tellingen wordt spe
ciale aandacht besteed aan zang
vogels. Tijdens deze tellingen is
gebleken dat Saeftinghe een zeer
belangrijk overwinteringsgebied is
voor de Oeverpieper.
De tellingen zijn onder te verdelen in
laagwatertellingen en hoogwater
tellingen. Bij laagwater wordt het
gebied dekkend geteld door 4 tel
groepen (die bij voldoende tellers
afgesplitst worden). Iedere groep
krijgt een deelgebied toegewezen
waarin alle vogels worden geteld.
Voor deze tellingen is veel ervaring
en gebiedskennis vereist. Vaak
moeten er op zeer korte tijd grote
aantallen vogels worden geteld en
gedetermineerd.
Goede terreinkennis is onontbeerlijk,
als eerste dien je te weten waar de
vogels zich ophouden, bovendien
kun je in Saeftinghe makkelijk