verklaarde geen loodsen meer aan boord te hebben en stuurde daarom de loods-
kwekeling Martinus Adrianus Engels. Hij beweerde dat deze 'ten vollen bekwaam
was om het schip naar binnen te loodsen' en dat de Roompotals de kapitein dat
wilde, later een loods van een andere kotter mocht overnemen. Een half uur latei-
ontmoette men inderdaad de Vlissingse loodskotter No J, die echter ook geen
loodsen meer aan boord had. Ook de schipper van deze kotter bood kapitein De
Boer een loodskwekeling aan, namelijk Cornelis Gilles Dekker, die volgens de
schipper eveneens 'de volle bekwaamheid bezat welke een loods noodig had om
het schip naar binnen te brengen, en dat hij het schip Koning Willem //behoorlijk
te Zierikzee had binnengebracht'. De Boer nam ook deze kwekeling aan boord en
de Roompot zeilde onder leiding van de kapitein, geadviseerd door twee loods-
kwekelingen, het Kanaal door richting Nauw van Calais. Om middernacht, van 28
op 29 juni, peilde men het vuur van de Singels noord ten oosten en dat van Cap
Griz Nez in het oosten ten noorden. Het weer was rustig, een 'aannemende koel
te' met een westenwind en de pompen waren lens. Niets wees op moeilijkheden.
Het einde
In de vroege ochtend van 29 juni werd om half vier het licht op Cap Griz Nez in
het zuidoost ten oosten en Dungeness in het noordwest ten westen gepeild. Om
vier uur peilde men het vuur van South Foreland west ten noorden en koerste
het schip de Noordzee op. Het was mooi weer met een stijve 'marszeilskoelte' uit
het west-zuidwesten. Omstreeks twee uur 's middags kwam de toren van West-
kapelle in zicht en de loodskwekeling verklaarde dat zijn bestek goed was en dat
aan 'de gelegenheid om binnen te loopen niets te wenschen overliet'.
Volkomen onverwacht raakte het schip 'omtrent een half uur later', dus om half
drie, plotseling aan de grond en 'stootte hetzelve zoo verschrikkelijk en met
zooveel geweld dat alles kraakte en het schip veel water maakte'. Alles werd in
het werk gesteld om het schip weer vlot te krijgen. De pogingen waren echter
vruchteloos. 'Het schip bleef met buitengewoon veel geweld door de hoogloo-
pende zeeën slingeren en stootte en wrong zich in zoovele bochten dat wij elk
oogenblik vreesden hetzelve zoude verbrijzelen terwijl er reeds zulk eene massa
water in het schip zich bevond dat alle hoop op redding was opgehouden', aldus
de kapitein later. De kapitein gaf bevel een sloep te strijken waarna tien beman
ningsleden en loodskwekeling Dekker het schip verlieten. Deze lange, smalle
sloep, ook wel een 'giek' genoemd, met een roer en zes banken, zat daarmee
helemaal vol.
Antwerp, 30tb June. Hamburg, 4th July.
The ROOMPOT, de Boer, from Akyab The ROOMPOT, de Boer, from Akyab
to Zierikzee, was stranded on the Ca- to Zierikzee, which was on shore on
loo Bank to-day, NW. of Westcapel, the Caloo Bank 30th June, and aban-
abandoned. One of the boats, with doned, was got afloat the same evening
the master, 1st 2nd mates, doctor, a by the crew of a Fishing Smack, and
midshipman, and six sailors on board, brought to anchor, but subsequently
capsized; 2nd mate, doctor, and mid- sank in 16 fathoms water; the boat
shipman drowned the rest saved. which was driven to sea with part of
The other boat, with a midshipman, the crew on board has reached the land
and the rest of the crew on board, in safety,
was driven out to sea.
De Britse scheepvaartkrant Lloyd's List meldde de stranding van de Roompot al in de editie van 1 juli
1853, ven dag voordat de Zierikzeesche Courant en de Middelburgsche Courant over de ramp konden
berichten. Hen aanvulling over de drift en hel zinken van het schip verscheen in Lloyd's List van 7 juli,
(Guildhall Library, Londen, Lloyd's Marine Collection)
49