J. KOK
gehouden, er werden aparte sporen aangelegd voor de overslag van grote hoeveelheden agrarische
produkten. Daar werden wagons geladen met: suikerbieten, aardappelen, uien en stro. Verder
veel mosselen en oesters van grote bedrijven in Yerseke, die exporteerden naar België, Frankrijk,
Duitsland, Engeland, Scandinavische landen en Rusland. Maar er waren ook veel binnenlandse
afnemers. De aanvoer bestond o.a. uit kunstmest en steenkolen. In 1911 werd de gasfabriek in
Yerseke geopend in exploitatie tot 1955). In 1912. werden gasfabrieken gebouwd in Kruiningen
en Hansweert door de Maatschappij tot Bouw- en Exploitatie van Gemeentelijke Bedrijven
(MABEG) uit Utrecht, die in 1930 werden gesloten. Deze bedrijven gebruikten veel steenkolen
die per spoor werden aangevoerd. Handelaar in aardappelen C. Meijer bouwde in 1920 een
kleine loods bij het station. Dat jaar werd het stationsgebouw vergroot door er een verdieping
op te bouwen. In verband met werkzaamheden aan de coupures bij de Zanddijk kon deze doorgang
in 1921 maar enkelsporjg worden bereden Als eerste haltechef werd hier op 1 februari 1926 de
heer W.G. Hommerson aangesteld, hij was afkomstig van het station 's-Hertogenbosch. Het
station was in die jaren ook aangesloten op het landelijke telefoonnet (nr. 26). In de loop van
1933 werd het station gemoderniseerd. Dat had. te maken met de aanstaande sluiting van het
station Vlake in verband met de verbreding van het Kanaal door Zuid-Beveland en de bouw van
een. verhoogde spoor- en verkeersbrug. Het afgelegen staande stationsgebouw kreeg aansluiting
op het waterleidingnet van de N.V, Waterleiding-Maatschappij 'Zuid-Beveland' in Goes en een
aansluiting op het elektriciteitsnet van de PZEM. Verder werd het station gemoderniseerd,
waarmee in augustus werd begonnen. Het le perron werd verhoogd, betegeld en verlengd (in
oostelijke richting). Ook werden de sporen verlegd, zodat er een langer en bredere 2e perron
kon worden aangelegd. Het goederenemplacement werd ook vergroot, want er werden steeds
meer wagons geladen/gelost. Het stationsgebouw werd geschikt gemaakt voor een verwachte
grotere reizigersstroom. Er werd ook riolering aangelegd. Vanaf 8 oktober 1933 deed dit station
dienst als overstapstation richting Zeeuws-Vlaanderen (dat is nu nog zo). Die dag werd de
autobusdienst station veersteiger Hansweert door de firma L. Leenderste uit. Hansweert geopend
in aansluiting op de veerdienst naar Walsoorden. Verplaatsing van deze aansluiting naar Kruiningen
was goedkoper gebleken dan bet bouwen van een nieuw hoog gelegen station bij Vlake. Met
ingang van 15 mei 1943 werd de veerdienst verplaatst naar de route Kruiningen-Perkpolder. De
autobussen reden toen de route station veerhaven. Het station werd op 25 november 1944
omstreeks 09 45 uur door drie vliegtuigen beschoten. Er waren geen persoonlijke ongelukken.
Er werden ook wel goederenwagons met steenkolen vanuit Zuid-Limburg aangevoerd. De
brandstoffen werden los gestort op vrachtauto's of in zakken gedaan, waarna de vrachtauto met
de veerboot over de Westerschelde naar Zeeuws-Vlaanderen werd vervoerd. In 1947 werd in
Goes de Autobus-Maatschappij 'Zeeland' (A.M.Z) opgericht. De AMZ-bussen vertrokken voortaan
vanaf het station. In 1949 werd er een spooraansluiting aangelegd naar de gebouwen van J.
Wiskerke, commissionair in landbouwprodukten. In wachthuis 30 woonde J. Boudens, die
werkzaam was als rangeerder/locomotorbestuurder.
Op 1 februari 1953 werden het station en het emplacement zwaar beschadigd tengevolge van
de watersnoodramp. Bij vloed stond het water wel 2 meter hoog in de benedenverdieping van
het station. Een vrachtauto van Van Gend Loos heeft de stationsinventaris naar veiliger oorden
vervoerd. De goederenloods van aardappelhandelaar C. Meijer bij het station ging ook verloren.
De geregelde treindienst vanaf Kruiningen werd pas op 3 augustus 1953 hervat. De stationsvestibule
moest nog geheel worden vernieuwd. De los- en laadsporen aan de zuidkant van de Stationsweg
werden in 1954 belangrijk uitgebreid. De firma Meijer liet ook nieuwe bedrijfsgebouwen
neerzetten. Deze loodsen kregen twee spooraansluitingen tot in deze ruimten, zodat overlading
van aardappelen bij ongunstig weer (vorst) normaal kon plaatsvinden. De stationsnaam werd in
26
