SPOREN DOOR REIMERSWAAL EN KAPELLE
Een lange goederentrein passeert het station Kruiningen op weg richting Goes
foto: DCZD
stoomlocomotieven door dit gebied werden getrokken (uiteraard bij laag water). Er was geen
sprake van een vaste dienstregeling van deze treinen in verband met de wisseling van de getijden.
Op 24 juli werd de laatste caisson in het stroomgat bij de veerhaven in Kruiningen onder grote
belangstelling afgezonken. Eb- en vloedstromen hadden geen vat meer op de Kruiningenpolder.
De vloeddeuren bij Oostdijk en Kruiningen konden voortaan geopend blijven. Vanaf 27 juli werd
de goederendienst uitgebreid. Al vanaf 3 augustus werd de reizigersdienst met dieselelektrische
treinen weer uitgevoerd. Het station Kruiningen was heropend. Zes maanden lang had het als
zodanig geen dienst gedaan, de dienst werd nog steeds over één spoor uitgevoerd. Op 15 november
begon men het noordelijke spoor opnieuw te leggen. Vanaf 16 januari 1954 was het baanvak
Oostdijk-Kruiningen weer dubbelsporig te gebruiken. De ellende van deze watersnood was toen
eindelijk zo goed als voorbij, een periode die bijna één jaar heeft geduurd.
Elektrificatie en nieuwe spoorbruggen.
Er reden nog wel stoomlocomotieven tussen Roosendaal en Vlissingen. In 1955 besloot de N.S.
deze lijn te elektrificeren. Deze werken waren in 1957 gereed. Op 17 april 1957 stopte de eerste
elektrische trein op de Kreekrakdam (provinciegrens) en reed verder, stopte bij alle stations,
naar Vlissingen. De dag daarna werd de reizigersdienst door elektrische treinstellen uitgevoerd.
Tot 7 december 1957 werden enkele goederentreinen nog door een stoomlocomotief getrokken,
waarna deze diensten door (diesel)elektrische locomotieven werden vervangen.
Begin 1967 begon men met de bouw van het nieuwe Schelde-Rijnkanaal door de Kreekrak om
een betere scheepvaartverbinding Antwerpen-Rotterdam te realiseren, die op 24 september 1975
werd geopend. Bij de Kreekrakdam moesten grote spoorwegwerken worden uitgevoerd. In 1968
19
