J. KOK
Over de spoorbrug reden nog steeds treinen met Duitse militairen. Er werden veel gewonden
op platte wagens en Duitse legervoertuigen vervoerd. In oktober 1944 hadden de Duitsers de
Kreekrakdam enorm versterkt. Er waren veel mijnen gelegd en vele antitankkanonnen opgesteld
om het oprukkende Canadese leger tegenstand te bieden. Veel Canadese pantservoertuigen werden
op deze nauwelijks één kilometer brede dam buiten gevecht gesteld. Er is daar veel strijd gevoerd
en er waren vele slachtoffers te betreuren. Toch zijn de Canadezen er in geslaagd deze gebieden
te bevrijden. Canadese verkenners waren op 26 oktober al bij de Vlakebrug aangekomen. De
Duitsers hebben deze brug toch opgeblazen, wat voor de oprukkende Canadezen een handicap
betekende. De basculebruggen bleven gespaard. De opzetbalk was wel beschadigd. Enkele
moedige ambtenaren van de N.S. en Rijkswaterstaat hadden lonten en springladingen verwijderd.
De Canadezen bouwden vrijwel direct een tijdelijke pontverbinding met een veerstoep aan beide
kanaaloevers. Ook kwam daar een schipbrug te liggen zodat manschappen en materieel het
kanaal konden oversteken. Al op 28 oktober lag er een klasse 40 Baileybrug voor de tanks en
andere voertuigen over de vernielde verkeersbrug. Ook werd een klasse 9 Baileybrug gelegd
(ongeveer op de plek van de huidige verkeerstunnel). De vernielde wegen werden hersteld en
sloten op beide Baileybruggen aan.
De zware baileybrug voor wegverkeer
foto: KMS
Het herstel van de spoorlijn was van groot belang. De KMS kreeg al op 14 november opdracht
de vernielde bruggen te herstellen. De KMS kreeg veel herstelopdrachten van de N.S. Een
probleem was de aanvoer van de nodige materialen. Aanvankelijk kon de KMS een vrachtauto
naar Vlake laten rijden, maar die raakte vaak kapot. Op 27 november lukte het de KMS een
werkliedentrein Vlissingen-Middelburg v.v. te laten rijden. Een locomotor trok 5 goederenwagons
waarin plaats was voor 552 werklieden. Na enkele dagen trok de stoomlocomotief WILLY
14