P.S.G. RAAS
9A. Hooge meet.
Op dit perceel heeft men vroeger volgens De Man meermalen ongewone oude stenen en beenderen
gevonden. Omdat het perceel bovendien eigendom was van de Hervormde kerk, hield hij de
Hoogemeet voor de vliedberg "waarbij zich als gewoonlijk een dorp ontwikkelde." Na de rigoreuze
herverkaveling van de jaren vijftig is de Hooge meet niet meer in het terrein te onderscheiden.
Alles is nu vlak en egaal.
J.C. de Man. De vluchtbergen in Schouwen, de Bevelanden en Tholen. Archief. VlIIe deel, 2e
stuk. Uitgegeven door het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen Middelburg 189781
12. Amerika
Dit is een heel duidelijke vernoemingsnaam. Na Nederlandsch Indië is Amerika in Nederland de
populairste vernoemingsbasis. In het algemeen zijn de motieven voor de keuze van een
vernoemingsnaam zeer uiteenlopend. Voor Amerika geldt dat in het bijzonder door "het
veelvormige Amerikabeeld dat zich in de loop der tijd ontwikkeld heeft." Een motief kan
gelegen zijn in de gesteldheid van de grond (goede of slechte kwaliteit), afgelegenheid van het
perceel, betrekkingen die een eigenaar met Amerika had, etc. Ook een gebeurtenis in Amerika kan
aanleiding tot de naamgeving geweest zijn.
Rentenaar. Vemoemingsnamen, XIV-XVI 1-16 225.
104. Nieuwedijk
Dit is de dijk van de oudste van de nog bestaande inlagen in Ellewoutsdijk. De inlaag werd in 1683
gelegd in de Kraeye poel, waardoor die hoek met 11 gemeten en 120 roeden werd verkleind. De
inlaag werd later Klein Zeetje genoemd, zoals op het minuutplan van het kadaster staat aangegeven.
166. P.J. Israëlweg
Op 8 november 1961 besloot de gemeenteraad van Ellewoutsdijk deze weg "de naam te geven van
P.J. Israëlweg, zulks om de naam van de waterbouwkundig ambtenaar P.J. Israël in ere te houden
voor het vele werk door deze gedaan bij het dichten en het herstellen van de zeedijk na de
watersnoodramp 1953".
Gemeentearchief van Borsele.
Archief van de gemeente Ellewoutsdijk; dossier naamgeving straten en wegen. Doos 63, map 3.
178. Papenmuts
Vóór 1795 mochten de katholieken hun godsdienst niet openlijk belijden. De zielzorg voor de
katholieken op het platteland van Zuid-Beveland (dus ook voor die te Ellewoutsdijk) was
toevertrouwd aan de pastoor van de zogenaamde landsparochie van Zuid-Beveland die in Goes
woonde. De stad Goes had een eigen pastoor. Een pastoor werd in die tijd ook wel paap genoemd.
De landspastoor trok geregeld door het land waar hij op vaste boerderijen, de zogenaamde
kerkhoeven. godsdienstoefeningen hield. De boerderij waar het hier om gaat was ook zo'n
kerkhoeve. De oorspronkelijke grote boerderij is in het begin van deze eeuw afgebroken en door
het huidige hoefje vervangen.
Veel lokale machthebbers waren er in die tijd op uit genoemde godsdienstige bijeenkomsten te
verstoren. Ook lieten zij het vaak tegen betaling oogluikend toe. De schout van Ellewoutsdijk was
ook zo'n potentaat.
68