DE HOEREN VAN TER GOES
Boogaard. Uit de gegevens blijkt dat ze afkomstig is uit Rotterdam, dus ze heeft nog enige tijd in
Rotterdam haar domicilie gehad. Hieruit blijkt alweer de grote mobiliteit van de publieke vrouwen
in de onderzochte periode. De reden hiervoor hebben wij al eerder aangegeven. Op 5 november
1875 verlaat ze Goes voor de laatste maal en vestigt zich op 9 november 1875 in Vlissingen. Hier
gaat ze zelfstandig wonen en haar beroep is andermaal publieke vrouw. Haar zoon woont nog
steeds bij haar. Het laatse wapenfeit dat wij van haar kunnen melden is, dat zij op 30 december
1875 naar Middelburg vertrekt. Of ze daar nog gewerkt heeft als publieke vrouw is niet bekend. Uit
de gegevens te Middelburg was zij niet te achterhalen. Waarschijnlijk, maar zeker is dit niet. heeft
ze het "leven" verlaten. Ze komt namelijk niet voor in het register van publieke vrouwen te
Middelburg.
Het gehele verhaal van al deze vrouwen overziende, blijkt dat de ene vrouw wel de prostitutie weet
te ontvluchten, door bijvoorbeeld een huwelijk te sluiten, en dat de ander het beroep van publieke
vrouw blijft uitoefenen.
Konklusie.
Na invoering van de verordening op de prostitiutie blijkt uit de jaarverslagen van de gemeente, dat
men de verordening zo goed mogelijk probeert uit te voeren. Elk jaar wordt melding gemaakt van
het aantal onderzochte prostituees en het aantal vrouwen dat in het Gasthuis is opgenomen wegens
besmettelijke geslachtsziekten. De verordening is niet bedoeld om de prostitutie te weren, maar om
aan banden te leggen. Het college wil ook niet het voorstel van het raadslid De Marees van
Swinderen overnemen om de verordening af te schaffen, aangezien men dan helemaal geen grip
meer heeft op de legale prostitutie. Hoewel de gemeentegeneesheer Kooman verklaart in 1896. dat
de laatste twintig jaar geen prostitutie meer in Goes voorkomt blijkt het tegendeel. Vooral in de
jaren 1862-1882 heeft de prostitutie een aanzienlijke omvang. Er waren in deze periode drie
geregistreerde bordelen in Goes. Deze haddden gemiddeld tien dames van lichte zeden in dienst.
Het valt op dat de meeste dames, die in Goes het beroep van prostituee uitoefenen, niet uit Goes
geboortig zijn. Zij komen allemaal van buiten de stad. Vastgesteld kan worden dat er in deze jaren
genoeg prostitutie in Goes voorkomt. We merken op dat dit alleen de legale prostitutie betreft.
Zeker is dat er ook clandestiene prostitutie bestaat. We noemen alleen het verhaal maar van Vrouw
Rijstepap, die een clandestien bordeel exploiteerde in de Bocht van Guinea. We kunnen ervan
uitgaan, dat er nog meer clandestiene bordelen aanwezig geweest zullen zijn.(15)
Na 1882 komen er geen bordelen meer voor in het bevolkingsregister. De eigenaars van deze
bordelen zijn vertrokken of overleden. Eén van de eigenaars komt zelfs in de gevangenis terecht.
De vrouwen vertrekken dan ook allemaal naar andere plaatsen. Ze worden daar waarschijnlijk
opnieuw prostituee of gaan een eerbaar leven leiden. Wij kunnen dit konkluderen uit het onderzoek,
dat wij gedaan hebben naar de levensloop van de verschillende vrouwen. De konklusie van de
gemeentegeneesheer Kooman. dat er aan het eind van de negentiende eeuw in Goes geen prostitutie
zou zijn, gaat echter veel te ver. Ook al zijn er dan geen geregistreerde bordelen meer, wij kunnen
er van uitgaan, dat er van prostitutie nog steeds sprake is, aangezien wij de clandestiene prostitutie
en de zogenaamde thuiswerkende vrouwen niet kunnen achterhalen. Prostitutie zal wel van alle
tijden blijven.
51