Restauratie in 1888
Nauwelijks een jaar na het gereedkomen van de nieuwe consistorie bracht dominee Willemse bij
de kerkvoogdij een nieuw plan ter sprake, namelijk om het kerkgebouw, dat zich in ..een treurigen
en bouwvalligen" toestand bevond, in- en uitwendig te restaureren. Door A. den Hollander was
een begroting gemaakt voor de uit te voeren werken, die uitkwam op een bedrag van 798,
De predikant had bij de leden van de gemeente al ongeveer 200,ingezameld, welk bedrag hij
wel tot 300,dacht te kunnen verhogen. De resterende 500,zou dan moeten worden
geleend. (103) Van de burgelijke gemeente werd toestemming verkregen om tijdens het werk de
godsdienstoefeningen in de school te houden. (104)
De door Den Hollander gemaakte omschrijving van het werk werd door de predikant op schrift
gesteld. Op 19 september 1887 werd dit stuk uitvoerig besproken en onderzocht. (105) De tekst
ervan is op bijlage 5 weergegeven, evenals de later door Den Hollander eigenhandig geschreven
aanvullingen. Na onderhandeling met hem werd besloten de volgende werkzaamheden te laten
uitvoeren:
1. De trekbalken van de spanten ..uitbreken" en door ijzeren trekstangen vervangen.
2. De bochten langs de muren geheel vernieuwen en stellen op een nieuw te maken stenen
fundering.
3. De vloer in de gangpaden en bij de preekstoel vernieuwen.
4. Een nieuwe trap maken bij de preekstoel en de preekstoel zelf opnieuw bekleden.
5. De deur naast de preekstoel verwijderen en de opening dichtmetselen. (Aan de kant van de
school was dat al in 1883 gebeurd)
6. In de muren vier ventilatiegaten maken.
7. De muren en het plafond twee keer witten.
8. Al het binnen- en buitenhoutwerk schilderen en de windhaan op de toren vergulden.
Voor bovenstaande werken werd een aannemingssom van 823,65 overeengekomen. (106)
Voor de constructie van het gebouw was het verwijderen van de trekbalken der spanten het meest
ingrijpend. Hoewel in de plaats daarvan ijzeren trekstangen werden aangebracht, kon dit, mede
door de slechte wijze waarop het werd uitgevoerd niet verhinderen dat het constructieve verband
tussen muren en spanten vrijwel verloren ging. Uiteindelijk zou dit het belangrijkste technische
gebrek van het gebouw worden. De reden voor deze verregaande, en zoals ze is uitgevoerd uit
constructief oogpunt onverantwoorde ingreep, is waarschijnlijk geweest het verbeteren van het
uitzicht vanaf de galerij boven het portaal, het zogenaamde zoldertje. Bij de beraadslagingen over
de restauratie komt dit wel niet aan de orde - er wordt in de notulen althans niet over gerept - maar
de verandering is nauwelijks voltooid of kerkvoogden besluiten de huurprijs van de plaatsen op
de voorste bank van de galerij te verhogen. (107) In veel andere kerken is om dezelfde reden een
soortgelijke ingreep uitgevoerd.
Bij het verwijderen van de trekbalken bleven de einden zitten; ze werden op ca. 60 cm vanaf de
muur schuin afgezaagd. Eronder werden sleutelstukken aangebracht. De koppen van de balkeinden
werden met een geprofileerd platstuk afgedekt. Om nu de trekstangen tot buiten de muren te
kunnen laten doorsteken, werd in de lengterichting van de trekbalkeinden aan de bovenkant
daarvan een sleuf gemaakt, waarbij bovendien de pennen waarmee de spantbenen in de trekbalken
zaten, werden weggehakt. Nogmaals: uit constructief oogpunt een zeer slechte oplossing die in
afbeelding 49 is weergegeven. De einden van de trekstangen waren van schroefdraad en moeren
voorzien. Als verankering werden, naast gesmede ankers, ook kleine gietijzeren rozetankers toe
gepast, die niet bestand waren tegen de druk van de muren. Door de zijdelingse uitwijking van
de zuidgevel werden de rozetankers na verloop van tijd dan ook kapotgedrukt. Afbeelding 50
93