(afbeelding 31). Kloosterzande. etc. Bij alle kerkelijke bouwactiviteiten in de zeventiende eeuw in Zeeland zijn dus maar drie ..echte" torens gebouwd. Maar omdat een kerk eigenlijk een toren hóórt te hebben, al is het alleen maar om er de luidklok in te hangen, zijn de meeste andere kerken van een dakruiter voorzien. Aangenomen kan worden dat de meeste dakruiters uit de zeventiende eeuw, zoals we die nu kennen, in vormgeving en detaillering niet meer geheel origineel zijn. Van een aantal is dat zeker. Op enkele is het jaar van vernieuwing aangegeven, bijvoorbeeld te Retranchement (1827). Van enkele ruiters is een oudere uitvoering bekend, zoals die te Biervliet en Driewegen van welke laatste een afbeelding uit het midden der achttiende eeuw bestaat. Ook oude bestekken geven soms de nodige aanwijzingen over de toegepaste vormgeving. Mede gelet op de oude afbeeldingen van zeventiende eeuwse dakruiters èn op de vrij uniforme vormgeving van de meeste nog bestaande exemplaren, kan worden aangenomen dat die van 's-Heerenhoek in zijn huidige vorm niet veel zal afwijken van de oorspronkelijke uitvoering. De afbeeldingen 29 t/m 32 tonen dakruiters van Zeeuwse kerken die in de zeventiende eeuw zijn gebouwd of herbouwd. De hoofdconstructie van de dakruiter van onze kerk bestaat uit vier eikehouten stijlen van 19 x 19 cm. staande op twee liggers van 27 x 18 cm, die opgelegd zijn op de dekbalken van de onderste kapgebinten van de twee middelste spanten. Bovenop de dakruiter staan torenkruis en windhaan. waarvan niet bekend is hoe oud ze zijn: het kruis dateert mogelijk nog uit de bouwtijd, de windhaan is zeker jonger. Afwerking van het gebouw Evenals de buitenzijde van de kerk was ook het interieur over het algemeen sober van uitvoering. De muren waren waarschijnlijk gepleisterd en gewit: in de afrekening van de bouw komt een post voor wegens aankoop van krijtwit. Een plafond of (houten) gewelf ontbrak, men keek vanuit de kerk tegen de kapspanten en het dakbeschot: het was een zogenaamde ziende kap. De vloer was wat „luxer" uitgevoerd. In plaats van met goedkope plavuizen was hij belegd met tegels van blauw-grijze leisteen ter grootte van ca. 35 x 35 x 3,5 cm. Delen van deze eerste vloer waren in 1976 nog aanwezig onder de latere plavuizenvloer. De vensters waren, zoals in de meeste gereformeerde kerken in die tijd. voorzien van gebrand schilderde glas-in-lood ramen, die als de belangrijkste verfraaiing van het kerkinterieur kunnen worden beschouwd. Reeds vóór de Reformatie was het algemeen gebruikelijk dat dergelijke ramen aan de kerk werden geschonken door de overheid. (51) In 's-Heerenhoek werden in 1672 de zes ramen geschonken door een aantal ambachtsheren en de predikant met de kerkmeesters. In de ramen waren de familiewapens en/of de namen der schenkers aangebracht. Toen in 1798 familie wapens uit openbare gebouwen moesten worden verwijderd, heeft P.J. Rethaan Macaré de wapens in de kerken van Zeeland geïnventariseerd en in tekeningen en beschrijvingen vastgelegd. (52) Voor 's-Heerenhoek vermeldt hij de volgende gegevens: 1. Campe, met wapen; 2. Cats, met wapen; 3. Van der Nisse met Borssele van der Hooge, met wapens; 4. E. Surendonck. predikant, samen met de kerkmeesters Levinus Janse. schout. Jan Pieters Begoute en Aernout Jansen van Thurenhout. zonder wapens; (53) 5. Watervliet, gekwartierd met Lier, met wapen; 6. Ibidem; 7. Campe met Cau en Campe. met wapens; 8. Periit zonder wapen. Bovengenoemde wapens zijn getekend in afbeelding 72. 64

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1988 | | pagina 66