laat met een geweer naar Driewegen liep. daar bij Van de Velde de ruiten insloeg en hem met een schot door het hoofd vermoordde. Hoewel De Clyver tegenover de justitie de moord steeds heeft ontkend, is in een persoonlijk conflict met Van de Velde waarschijnlijk het motief voor de moord gelegen. Tegen de chirurgijn van 's-Heerenhoek had De Clyver namelijk gezegd dat hij ,.de duivel in zijn bakhuys (bakkes) geschooten" had omdat deze hem ..altoos in de classis te bruyen nam". Reeds direct na de moord was de verdenking op De Clyver gevallen. Tegenover hem konden onvoldoende bewijzen naar voren worden gebracht, deels door valse verklaringen die hij van verschillende personen had weten af te persen om hem een alibi te verschaffen. Nadat de chirurgijn uit angst voor ontdekking van zijn wetenschap van het gebeurde naar het buitenland was gevlucht lichtte hij de justitie in. De Clyver werd daarop op 6 juli 1687 gearresteerd en in de gevangenpoort te 's-Gravenhage gevangen gezet, waar hij op 1 augustus 1687 door het innemen van vergif zelf moord pleegde. Ook ds. Cornelis Zegers. predikant te 's-Heerenhoek van 1741 tot 1752. zorgde voor de nodige opschudding in de gemeente. Hij werd hier als kandidaat bevestigd op 12 november 1741. Geregeld maakte hij misbruik van sterke drank, wat ook tot ander onbetamelijk gedrag leidde. De leden van de kerkeraad waren daarvan op de hoogte maar deden of ze van niets wisten. De ambachtsheren was dit een doorn in het oog. Toen er dan ook in 1750 nog de geruchten bijkwamen over de verhouding van ds. Zegers met zijn (inmiddels gewezen) dienstmeid Jerina Kempe en welke verhouding niet zonder gevolgen zou blijven, besloten de ambachtsheren zelf de zaak bij de classis aan te kaarten. (44) De classis kwam tot de conclusie dat de kerkeraad zich ..slappelijk aangesteld" had. Zelfs nadat schout en schepenen de classis herhaaldelijk over deze affaire hadden bericht, weigerde de kerkeraad iets te ondernemen. De stukken van de classis die de gerechtsbode namens de schout hierover bij de kerkeraad bezorgde, werden botweg geweigerd. Saillant detail hierbij is dat deze gerechtsbode, Leendert Slaakweg. zelf diaken en dus lid van de kerkeraad was! Gedeputeerden van de classis vonden dat het gedrag van de kerkeraad getuigde van ..opsettelijke inactiviteyd en moetwillige nalatigheyd van verplichtinge." (45) De kerkeraad en de predikant trachtten de zaak zoveel mogelijk te rekken, onder andere door het aanvoeren van juridische bezwaren tegen het optreden van de ambachtsheren. Nadat echter ds. Zegers op 8 februari 1752 in de classis zijn dienst had neergelegd, volgde op 25 februari het formele ontslag door de kerkeraad. Vooral in de behandeling van deze zaak blijkt dat de kerkeraadsleden niet in staat of bij machte waren zelfstandig op te treden. Tijdens de loop van de zaak kreeg men van de classis het verwijt niets tegen de predikant ondernomen te hebben en hem in alles te hebben gesteund. Na het ontslag van Zegers beschuldigde deze daarentegen de leden van de kerkeraad slaafse volgelingen van de classis te zijn. die zich lieten ringeloren en alle eigen rechten afnemen. Na de afzetting van ds. Zegers heeft de gemeente nog twee keer een predikant gehad die wegens drankmisbruik ontslagen werd: ds. Jan van Immerzeel in 1796 en ds. Martinus Simon Kompenhans in 1846. na reeds in 1844 te zijn geschorst. Het is wellicht over deze laatste dat het verhaal bestaat dat. toen hij eens op de preekstoel staande zijn zakdoek trok, een boek speelkaarten door de kerk vloog waarmee hij daags daarvoor in de herberg gespeeld had. Niet zonder tegenwoordigheid van geest zou hij toen iets uitgeroepen hebben in de trant van: „Alzo zullen de goddelozen over de aardbodem verstrooid worden." (46) In het begin van de negentiende eeuw moet het drankmisbruik in 's-Heerenhoek toch bijzonder groot zijn geweest. De schoolmeester en koster Pieter Wondergent werd er in 1832 voor ontslagen (47) en de veldwachter Jan Willem Wirtz in 1833, na reeds in 1819 voor hetzelfde vergrijp te zijn gedegradeerd. (48) De Smit vermeldt nog de schorsing van de opvolger van ds. Van Immerzeel, ds. Bertrand Philip Sigismund Albert Vriesekolk. Deze zou geschorst geweest 38

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1988 | | pagina 40