25 JAAR EEN DAM IN DE ZANDKREEK
door F.H. de Klerk
In 1960 vond de feestelijke oplevering plaats van de Zandkreekdam, de dam die het eiland Noord-
Beveland uit zijn eeuwenoude isolement verloste. Op zaterdag 1 oktober van dat jaar werd door
de commissaris van de koningin jhr. mr. A.F.C. de Casembroot de dam officieel voor verkeer
opengesteld. Ondanks het trieste weer die dag, regen en een koude wind, waren duizenden hierbij
aanwezig. Die middag meerde De Spoetnik, bijnaam voor de hulpveerboot Zeeland, voor de laatste
keer af aan de steiger van het veer Kortgene-Wolphaartsdijk. De commissaris streek de vlag van
de boot, en overhandigde aan de bemanning een envelop met inhoud, terwijl zijn vrouw een boeket
bloemen aangeboden kreeg. Na een korte ontvangst te Kats vertrokken de genodigden naar de dam
bij het Katseveer. Toespraken en fanfaremuziek wisselden elkaar af, totdat jhr. mr. De Casembroot
de openstaande brug sloot, en daarmee de verbinding tussen beide eilanden gestalte gaf. Om exact
6 uur in de namiddag riep hij: "Kom mee, Noord-Bevelanders, we gaan over de dam
Hierna zette zich de stoet van voetgangers, auto's, bussen, scooters, motoren, fietsen en brom
fietsen in beweging. Bijzondere verschijning in deze optocht was een schaap, dat onder het motto
"Als er een schaap over de dam is, volgen er meer" aan een touwtje werd meegevoerd. Het beest
was geschonken door de Goese middenstand, die een prijsvraag had uitgeschreven voor alle Noord-
Bevelanders. De opgave bestond hierin, dat de deelnemers naar het gewicht van het schaap zouden
raden. Wie dit juist wist te schatten mocht zich eigenaar van dit beest noemen.
De stoet werd aan het einde van de dam opgewacht door de burgemeester van Kattendijke. Na uit
wisseling van gelukwensen ging men terug, en opnieuw de bussen in. De genodigden scheepten
zich in Kortgene in op de Noord-Beveland, de veerboot die voor het laatst Kortgene-
Wolphaartsdijk-Kortgene varen zou. Opnieuw bij Kortgene aangekomen werd ook van dit schip
de vlag gestreken, terwijl het muziekgezelschap Eendracht Maakt Macht uit Kortgene de treurmars
van Chopin speelde, 's Avonds waren er naast de officiële ontvangst in De Stadswijnkelder te Kort
gene in datzelfde dorp nog diverse festiviteiten te vieren (1).
De dam maakte aan de traditie van de veerpontjes een einde. De oudste gegevens hier over dateren
uit 1320. De ambachtsheren van Kortgene uit die tijd, Willem en Klaas Thoniszoon, zullen naar
alle waarschijnlijkheid het veerrecht bezeten hebben, als uitvloeisel van hun bezit van de ambachts
heerlijkheid. Tussen 1530 en de 2de helft van de 17e eeuw was Kortgene door de zee heroverd.
Vermoedelijk pas aan het eind van die eeuw was er weer sprake van een geregeld veer tussen Zuid
en Noord-Beveland. In de 19de eeuw bleef het veerrecht een ambachtsheerlijk recht. In 1915
pachtte de provincie het veerrecht voor 25 jaar, na al vanaf 1913 op Kortgene-Wolphaartsdijk
gevaren te hebben. In 1940 kocht de provincie dit veerrecht, vanwege een aan te leggen brug tussen
Noord- en Zuid-Beveland. Het uitbreken van de Tweede Wereld oorlog verhinderde de uitwerking
van het brugplan (2).
Op het veer Wolphaartsdijk-Kortgene ging vanaf 1919 de Zuidvliet varen. De Zandkreek, vermoe
delijk vroeger de Kreekrak geheten, kwam in 1926 in de vaart in plaats van de Zuidvliet, en deed
dienst tot de totstandkoming van de Zandkreekdam. De Noord-Beveland, die 's zomers de Ooster-
schelderoute voer, onderhield buiten het seizoen de dienst Kortgene-Wolphaartsdijk. Verder was
er tussen deze plaatsen nog een hulpveerboot Zeeland, die de laatste jaren overdag tussen beide
plaatsen voer (3).
103