Tabel 5.
Aantal allochtonen in van de totale bevolking
's-Heerenhoek, Heinkenszand, Ovezande, 1813, 1849, 1889
1813
1849
1889
's-Heerenhoek
51
51
38
Heinkenszand
41
39
39
Ovezande
47
44
39
In de eerste helft van deze eeuw ging 's-Heerenhoek wat het percentage allochtonen betreft duide
lijk aan de leiding. Zowel in 1813 als in 1849 vormden zij er ruim de helft van de bevolking. Dat
er een samenhang tussen deze cijfers en de snelle katholisering van het dorp bestaat, ligt wel voor
de hand.
Bij het onderzoek naar de relatie tussen de religie en de mate van ruimtelijke mobiliteit beperken
we ons tot de leeftijdscategorie van 12 jaar en ouder, onder andere omdat alleen van degenen die
hiertoe behoorden, de geboorteplaats met zekerheid bekend is. Voor de drie gemeenten gezamen
lijk blijkt er in 1813 tussen katholieken en protestanten geen noemenswaard verschil in het aandeel
van de allochtonen te bestaan. Bij beide groepen was het bijzonder hoog, namelijk respectievelijk
59 en 61%. Het feit dat deze cijfers zo weinig van elkaar afwijken betekent echter nog niet dat
er geen onderscheid met betrekking tot de ruimtelijke mobiliteit zou bestaan, want we weten
immers de aantallen van degenen die wegtrokken niet. Er komen trouwens wèl duidelijke verschil
len aan het licht als we de allochtonen aan de hand van hun geboorteplaats differentiëren. Daarbij
werden de volgende gebieden onderscheiden: de andere twee dorpen van de drie (enclave), de
overige gemeenten in de zogenaamde "zak" van Zuid-Beveland (ov. zw.), de rest van dit eiland,
inclusief Wolfaartsdijk (ov. Z.bev.), overig Zeeland (ov. Zeel.) en elders.
Tabel 6.
Aantal allochtonen naar gebied van geboorte in van het totale aantal allochtonen per religie.
Bevolking ouder dan 11 jaar. 's-Heerenhoek, Heinkenszand en Ovezande samen, 1813
Enclave Ov. zw. Ov. Z.bev. Ov. Zeel. Elders Totaal abs.
r.k. 23 47 14 4 11 410
prot. 16 42 22 15 5 415
Afkortingen: zie tekst.
Afgezien van hen die buiten de provincie geboren waren kwamen de katholieke allochtonen gemid
deld van dichterbij dan de protestantse. Overigens waren er zowel van de ene als van de andere
groep maar erg weinig buiten Walcheren en de Bevelanden geboren, namelijk in beide gevallen
circa 3%. Tegen de achtergrond van de spreiding van katholieken en protestanten over deze
eilanden is het geconstateerde verschil niet zo vreemd. Naarmate ergens minder katholieken wonen
zal immers over het algemeen ook hun aandeel in de migratie kleiner zijn. Daarom is het juist
opvallend dat er vanuit overig Zuid-Beveland meer katholieken naar de drie dorpen trokken dan
op basis van de samenstelling van de bevolking verondersteld kan worden. De allochtonen die
vanuit het zuidwesten, respectievelijk de rest van het eiland (Goes niet meegerekend) kwamen,
waren namelijk voor 53 en 37% katholiek, terwijl voor de bevolking ter plaatse percentages van
21 en 2 golden (17). In deze cijfers komt dus de concentratietendens van de katholieken op Zuid-
Beveland wel degelijk naar voren.
79