er was een stijging van lonen en verbetering van de leefomstandigheden van de landarbeiders waar te nemen; vooral in de winter kwam werkloosheid voor; daarom lieten de polderbesturen de meeste werkzaamheden in die tijd uitvoeren; steeds meer arbeiders gingen als losse kracht werken, om te kunnen profiteren van werkzaam heden als schepen laden en lossen, en werken voor de polderbesturen; vertrek uit of vestiging in Noord-Beveland door landarbeiders vond vrijwel niet plaats; verlof met behoud van loon kwam vrijwel niet voor; bij ziekte of arbeidsongeschiktheid werd nooit loon of steun ontvangen; oude arbeiders kwamen meestal ten laste van armbesturen, diakonieën, en dergelijke; er bestond op het eiland weinig belangstelling voor wettelijke maatregelen die de levensom standigheden zouden kunnen verbeteren (22). Tot aan het begin van de '30er jaren zou de hier gesignaleerde loonsstijging blijven duren. In de jaren na 1906 werden wel in toenemende mate goedkope arbeidskrachten uit Tholen op Noord-Beveland en in Colijnsplaat te werk gesteld (23). Diverse organisaties waren aktief op het gebied van de landbouw: de koöperatieve vereniging Help U Zelve werd al genoemd (24). Verder had de afdeling Noord-Beveland van de Maat schappij tot Bevordering van Landbouw en Veeteelt vertegenwoordigers in alle Noord-Beve- landse plaatsen (25). Werkgevers in de landbouw verenigden zich in de landbouwvereniging Unitas, ook wel sociëteit genaamd (26). In 1922 werd van een geitenvereniging Algemeen Belang gesproken (27). Naast de al genoemde verenigingen Help U Zelve en Unitas bestond er ook een vereniging Landbouwbelang (28). Van belang was tevens de stichting van een Boerenleenbank in 1916 (29). Een typisch agrarische vereniging was het mussengilde (30). In 1924 werd een vereniging tot bevordering van de verkrijging van onroerend goed door land arbeiders opgericht, die we hierna nog tegen zullen komen. In datzelfde jaar werd ook een af deling van de Zuid-Hollandse Bond van Bietenverbouwers opgericht (31). Tot slot noemen we hier nog de 2 werkliedenverenigingen van Colijnsplaat, Draagt Elkanders Lasten en Uit het Volk, Voor het Volk. Beide verenigingen hadden werklieden en arbeiders als leden. Hierna zullen wij nog uitvoerig spreken over deze 2 verenigingen. Verschillende instanties hielden zich bezig met de plaatselijke volksgezondheid. De gemeente Colijnsplaat ressorteerde onder de te Veere zetelende gezondheidskommissie, die de gemeen ten van Noord-Beveland en Walcheren omvatte. Meer op plaatselijk niveau funktioneerde het Groene Kruis, dat in 1905 werd opgericht, en dat tot zeer grote bloei kwam. In 1920 kon men een wijkverpleegster aanstellen. Een jaar later werd aan zuster Buursma de status van gemeenteambtenaar gegeven (33). In 1927 werd zij op gevolgd door zuster Van Sabben (34). Kort daarop werd vanuit het Groene Kruis de vereniging Ziekenhuisverpleging in het leven geroepen, die zich in 1929 aansloot bij de Federatie van Verenigingen voor Ziekenhuisverpleging (35). Van oudsher bestond er een openbare lagere school te Colijnsplaat. Het schoolgebouw stond aan de Havelaarstraat, achter de toren van de hervormde kerk. Dit gebouw werd later ingericht door de PZEM, die er een schakelstation van maakte. In 1921 werd voor deze school een ouderkommissie gei'nstalleerd (36).Behalve openbaar onderwijs kon de dorpsjeugd vanaf 1905 ook christelijk onderwijs genieten. In dat jaar kwam een School met de Bijbel tot stand. Het schoolgebouw stond aan de Voorstraat (37). In 1929 werd een christelijke bewaarschool ge opend (38). Op kerkelijk gebied waren er 4 protestantse kerkgenootschappen vertegenwoor digd: de hervormde kerk aan de Havelaarstraat, de gereformeerde kerk aan de Beatrixstraat, de 85

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1982 | | pagina 87