AANSTELLING VAN CLAIS JACOBSZ. VAN BROUWERSHAVEN, KLERK:
1496 - januari 26
De volgende bijzonderheden betreffende deze school- en zangmeester zijn te vinden in een
brief van het stadsbestuur van Goes op verzoek van de betrokkene aan de bisschop van
Utrecht, David van Bourgondië.
Als oprechte waarheid bevestigt de magistraat, dat Clais Jacobsz. van Brouwershaven, ingeze
tene en dienaar van Goes, de stad ruim 6 jaar goed en trouw gediend en de kinderen van de
poorters en anderen als schoolmeester naar vermogen geleerd en alle bijstand verleend heeft in
"den sanck in der heyliger kercke", op een wijze, die de algemene dankbaarheid oogstte van
de zijde der bevolking.
Burgemeesters en schepenen schrijven, dat Clais nu ernstig streeft naar de priesterwijding en
hen verzocht heeft hem hierbij behulpzaam te willen zijn.
Als bewijs van hun gunstige en waarderende gezindheid en in de hoop, dat hij voortaan zal
deelnemen aan de Zeven Getijden, de discant en andere muziek in de kerk van Goes, geven zij
hem een plaats als een der priesters van de Zeven Getijden, "naer inhout der ordonnantie van
den sange".
Dagelijks zal hij daarvoor hebben 2!4 groten Vis., wat jaarlijks waard is 3 pond 15 sc. 10 groten
Vis. Tenminste 6 missen per week worden hem toegezegd gedurende zijn leven. De brief be
sluit met een zeer vriendelijk verzoek aan de bisschop, zijn vicarius en anderen, die in zulke
zaken te beslissen hebben, dat zij "den voirscreven Clais Jacobsz., clerck, onse dienare voir-
screven totter ordene van den priestelicken staet hulpen willen".
Op de bede vanuit Goes werd gunstig gereageerd, want een aantekening in het Latijn vermeldt,
dat Clais Jacobsz. van Brouwershaven door de vicarius tot de priesterwijding is toegelaten
(1496 - februari 26).
Philips de Goede woont een mis bij, gezongen door de Bourgondische hofkapel.
Miniatuur door onbekende meester, tussen 1457 en 1467. Brussel, Koninkl. Bibl.
12