ingezetenen te spreken. Hij behoeft verlof van Onzen Commissaris in de provincie, om langer dan acht dagen, van den Minister van Binnenlandse Zaken, om langer dan eene maand buiten de gemeente zich op te houden. Dit voorschrift geldt, indien hij Burgemeester is van meerdere gemeenten, ten aanzien zijner woonplaats. Van den Secretaris. De Secretaris wordt door den Raad, die eene aanbeveling van twee personen, door Burgemees ter en Wethouders in te dienen, ontvangt, benoemd, geschorst of ontslagen. De Burgemeester, tot Secretaris benoemd, wordt als zoodanig niet dan met Onze goedkeuring geschorst of ontslagen. De Secretaris mag den Burgemeester niet in den eersten of tweeden graad van bloedverwant schap of zwagerschap bestaan. De zwagerschap houdt op door het overlijden der vrouw, die haar veroorzaakte. De bediening van Secretaris is met die van Ontvanger derzelfde gemeente onvereenigbaar. In gemeenten echter van 5000 zielen en daar beneden kunnen, onder goedkeuring van Gedepu teerde Staten, de bedieningen van Secretaris en Ontvanger door denzelfden persoon worden bekleed, zoo de Secretaris geen Burgemeester is. De Secretaris is den Raad, Burgemeester en Wethouders, den Burgemeester en de commissien van den Raad in alles, wat het hun opgedragen bestuur aangaat, behulpzaam. Door hem worden alle de stukken, die van den Raad en van Burgemeester en Wethouders uit gaan, mede-onderteekend. In de gemeenten, waar de Burgemeester tevens met de taak van Se cretaris is belast, worden die stukken door een der Wethouders mede-onderteekend. De instructie van den Secretaris wordt door den Raad vastgesteld en aan Gedeputeerde Staten medegedeeld. Hij wordt daarbij inzonderheid ook met de zorg voor het archief, onder toezigt van Burgemeester en Wethouders, belast. Hij geniet eene jaarwedde, die door Gedeputeerde Staten, nadat de Raad is gehoord, onder Onze goedkeuring, wordt bepaald. Leges ter secretarie geheven, worden aan de gemeentekas verantwoord. Van den Ontvanger. De Ontvanger wordt door den Raad, die eene aanbeveling van twee personen door Burgemees ter en Wethouders in te dienen, ontvangt, benoemd, geschorst of ontslagen. De ontvanger stelt voldoenden zakelijken borgtogt, ter waarde van ten minste een tiende van den ontvang, doch van niet minder dan f 100, Het bedrag van den ontvang wordt berekend naar het gemiddeld bedrag der inkomsten van de gemeente gedurende de laatste vijfjaren, na aftrek van het genote uit geldleeningen, teruggaven van voorschotten en verkoopingen van ge meente-eigendommen. De borgtogt kan, onder goedkeuring van Gedeputeerde Staten, bene den het tiende worden gesteld in gemeenten, waar de ontvanger verpligt is, jaarlijks meermalen geregeld te storten. In gemeenten, waar de geringheid van ontvangst en belooning eene afwij king van den regel schijnt te eischen, kan, onder goedkeuring van Gedeputeerde Staten, met persoonlijken borgtogt genoegen worden genomen. Vóór de benoeming van den Ontvanger wordt de aard en het bedrag van zijn borgtogt door den Raad bepaald. De ontvanger aanvaard zijn ambt niet, dan na het stellen van zijn borgtogt. De Ontvanger is belast met de invordering van alle de inkomsten en ontvangsten der gemeente en zorgt, dat die behoorlijk geschiede. 81

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1979 | | pagina 83