dan kon de molen draaien. Dat een dergelijke molen erg economisch was ligt voor de hand. Men was hier nooit afhankelijk van de wind en was dus in staat om met de regelmaat van het getij te malen. In het begin van de 19e eeuw raakt deze molen buiten gebruik. De aanleg van de sluis in het Sas was daar debet aan. Het gebouw raakte in verval en werd daarna o.a. gebruikt voor het uitdelen van voedsel aan de behoeftige inwoners van Goes. Hieraan heeft het zijn hui dige naam "soephuus" te danken. 31"t molenwaterDit is de achterhaven die als reservoir diende voor het water van de mo len. In dit gebied moet het oudste Goes hebben gelegen. Tijdens de grote stormvloed van 1134 werd dit dorp met kerk en al weggespoeld. De achterhaven is mogelijk nog een re stant van de oudste Goese haven. 32. "de nieuwe waterpoorte". Deze poort werd in 1637 geheel vernieuwd en in 1855 afgebro ken. 33. "d'oude waterpoorte". Ook bekend onder de namen St. Maartens- of Donkerepoort. In de toren van deze poort was een uurwerk ondergebracht. Dit werd na de sloping in 1855 overgebracht naar het "soephuus". Ook de prachtige windvaan in de vorm van een zeil schip werd toen naar het laatste gebouw gebracht. Afb.8 Ontwerp tekening van de getijmolen aan de kleine kade. Gemeente archief Goes, Topografisch-historisch Atlas, nr. 1303 C. Foto C. Dekker. 62

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1979 | | pagina 64