Garde d 'Honeur. Ik was dus garde d'honneur; ik was geweldig getroffen over mijnen staadt en zag het eens in hoe ver het met mij gekomen was en dat zoo alles door eenen, altijd ordenlijk en op mijn gemak geleeft te hebben. Ik dagt haast niemand kan mij deeren en nu voor soldaatje speelen, dat zal mij hard op de maag vallen. Evenwel ik was in het gevalik zogt mij op te beuren, edog geene vermaken, nog zoo groot, konden mij vertroosten. De tijd van ver trekken, was den 29sten Mey 1813 bepaald. De dag daar zijnde, o, dien gedugten dag nam ik afscheid van mijne ouders, vrienden en betrekkingen, hetgeen geene gemakkelijke taak voor mij was. Den zelfden dag arriveerden wij te Mfddelburg; de maat van onze kleede ren wierd genomen, hetgeen mij niet weinig trof. Op den avond van dien dag hadden wij 34

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1979 | | pagina 36