de klok uiteindelijk per "Lemmerboot" naar Amsterdam vervoerd en zo snel mogelijk verder
getransporteerd naar Driewegen.
Het randschrift is als volgt:
ME FECIT NICO LAAS MULLER-AMSTERDAM ANNO 1735.
Boven dit opschrift bevindt zich een rand met engelenfiguren. Onder het opschrift een neer
hangende palmet (waaiervormige palmtak met symmetrisch geordende bladeren).
Verder staan op de klok de wapens van Driewegen en de familie De Perponcher Sedlnitski, die
dus wel voor de schenking van de klok zullen hebben getekend.
Ellenwoutsdijk. (11
Bij de beschrijving van de klokken van Baarland hebben we reeds gezien, dat de klok van Elle-
woutsdijk beschadigd is teruggekomen van haar tocht naar de Duitse smelterijen. Na bij enkele
deskundigen advies te hebben ingewonnen, besloot het gemeentebestuur, nadat er een nieuwe
kerk en toren waren gebouwd, de klok te laten lassen. In eerste instantie lukte dit niet maar in
1950 werd de klok bij de Fa. I. Zimmer en Zn te Amsterdam opnieuw gelast met tot nu toe
een goed resultaat. De kosten bedroegen f3050,—. Een dergelijke reparatie heeft een zeker ri
sico, omdat nooit gezegd kan worden of ze doeltreffend zal zijn of dat na verloop van enige
tijd toch nog moet worden besloten tot het bestellen van een nieuwe klok of het hergieten van
de oude.
Op de klok zijn vier medaillons aangebracht, waaronder één met de beeltenis van St Christo-
phorus met kind, één van een heilige met een speer (Adriaen?) en twee waarvan de voorstelling
niet meer duidelijk is. Onder het opschrift bevindt zich een gestyleerde rand.
Het opschrift luidt als volgt:
ADRIAEN ES MYNEN NAME
MYN GHELUYT SY GODE BEQUAME
ALSO VERRE ALS MEN MY HOREN SAL
WILT GOD BEWARE OVER AL!
PETER WAGHEVENS MAACTE MY INT IAAR
MCCCCCXXVII
Deze klok is dus gegoten in het jaar 1527 en heeft een gewicht van 840 kg. en een middellijn
van 110 cm.
's Gravenpolder. (12)
In het geinventariseerde gebied is dit de oudste klok; ze was in de oorlogsjaren gemerkt met
een witte M. Dat de Duitse bezetters hier zich niets van aantrokken blijkt wel uit het feit, dat
deze klok zich bevond in het bij Urk tot zinken gebrachte schip dat na de oorlog met enkele
tientallen klokken aan boord kon worden geborgen.
Het gewicht bedraagt 277 kg., de hoogte is 64 cm. en de middellijn 77 cm. Als randschrift is
de volgende tekst aangebracht:
MARTINUS ES MINEN NAEME
MYN GHELUYT SY GODE BEQUAEME
JAN SEELSTMAN MACTTE MY INT IAER MCCCCLXV (1465)
Tussen elke letter is een fleur de lis aangebracht. Sommige gieters maakten hiervan een soort
handelsmerk. Zo zijn de klokken van Geert van Wou (15e eeuw) gescheiden door een roosje.
Let u verder op de fout in het woord mactte. Het gebeurde vrij vaak dat op klokken dit soort
spelfouten en verwisselingen van letters en cijfers voorkomt. Zie hiervoor ook de tekst op de
17